Interview met Pannonia Allstars Ska Orchestra in Openluchttheater Rivierenhof
Met de release van hun Return of the Pannonians verraste het Hongaarse Pannonia Allstars Ska Orchestra ons met hun geslaagde mix van ska met Hongaarse folk en zigeunermuziek. Opvolger Feel The Riddim! bevestigt alleen maar en toen Paso onlangs aantrad in de idyllische setting van het Deurnse Openluchttheater Rivierenhof, konden wij natuurlijk niet op het appel ontbreken. Net voor hum stomende set hadden we nog een gesprek met Paso frontman KRSA aka. Lord Panamo.
KRSA, jij staat ook bekend als Lord Panamo, vanwege de panamahoedjes die je draagt, maar de naam is tegelijk een eerbetoon aan de legendarische Lord Tanamo. Kan je eens even korts schetsen wie hij was en waarom hij zo belangrijk is voor jou?
Kristóf Tóth aka. KRSA: "Lord Tanamo was één van die vele vocalisten die optraden met The Skatalites, dus hij was al zeker een skapionier. Enkele van de bekendste skanummers zijn van zijn hand. Het bekendste is waarschijnlijk I'm In The Mood For Love, dat onder andere gecoverd werd door Jamiroquai. Ik vind dat je als muzikant altijd het nodige respect moet betuigen aan de allergrootsten en daar was hij er zeker één van!"
Het logo van Pannonia All Stars, de letter "P" in een lauwerkrans, doet denken aan de tijd dat Hongarije nog deel uitmaakte van het Oostblok.
KRSA: "Wel, sommige bandleden hebben die periode nog meegemaakt. Het logo waar jij het over hebt werd vroeger gebruikt door een Hongaarse motorfietsenfabriek die ook Pannonia heette. Pannonia was trouwens de naam die de Romeinen gebruikten om een regio te omschrijven die min of meer overeenkwam met het huidige Hongarije. De fabriek waar ik het net over had ging failliet na de ineenstorting van het communistische regime en dus zagen wij er geen graten in om het logo te gebruiken. Ondertussen is de fabriek heropgestart en het logo dat we tegenwoordig gebruiken is eerder een knipoog naar Fred Perry (Engelse tennis- en tafeltennisspeler en drievoudig Wimbledonkampioen. In de late jaren vijftig werd Perry benaderd door Tibby Wegner, een Oostenrijks voetballer die een zweetbandje had uitgevonden. Wegners volgende idee was een sportshirt uit witte katoenen piqué met korte mouwen en knopen. Perry lanceerde het shirt op Wimbledon in 1952 waar het een onmiddellijk succes bleek. Vandaag is het Fred Perry merk vooral bekend vanwege het P-logo met de laurierkrans - gebaseerd op het oude Wimbledonsymbool - dat altijd op de linkerborst van de shirts staat. Het gamma werd in de jaren vijftig uitgebreid toen het poloshirt populair werd bij de mods en er vraag kwam naar een gevarieerder kleurenpalet. Het Fred Perry shirt bleef populair bij verschillende subculturen in de jaren zestig en zeventig gaande van de skinheads tot de Northern Soul scene, red.) en de Britse two-tone skacultuur."
Toen jullie met deze band begonnen was Hongarije nog aan het herstellen na jaren van communistisch bestuur en al de beperkingen die daarbij hoorden. Hoe hebben jullie in die periode in godsnaam de skamuziek ontdekt? Ik kan me voorstellen dat het niet gemakkelijk moet geweest zijn om aan vinylplaten te geraken?
KRSA: "In die periode kwamen de meeste vinylplaten Hongarije binnen via wat nu ex-Joegoslavië is. De wetgeving was daar een stuk vrijer en voor ons waren die trips naar daar dan ook bijna als een bezoek aan een westers land. Op de eerste platen die we in handen kregen stond vooral Britse punk en two-tone ska. Die platen waren voor ons ook zeker niet goedkoop en meestal kochten we dan ook maar één exemplaar. Die plaat kopieerden we dan vervolgens zoveel mogelijk op cassette om die dan weer in het undergroundcircuit in Hongarije te verspreiden. In de jaren tachtig werden dan de eerste Hongaarse, vooral two-tone geïnspireerde, skabands opgericht, maar wij zijn eigenlijk de eerste Hongaarse band die echte Jamaicaanse foundation ska speelt. Daarnaast hoor je in onze muziek ook invloeden uit rocksteady en oude reggae en persoonlijk ben ik ook een grote liefhebber van rub-a-dub en vroege dancehall. Zoals ik net zei, waren wij de eerste Hongaarse band die foundation ska speelde en dus was het niet echt moeilijk om daar snel naam te maken. Internationaal gezien zijn er echter honderden bands die hetzelfde doen, dus daar lagen de kaarten enigszins anders en daarom besloten we onze muziek wat bij te kruiden met invloeden uit de Hongaarse folk en zigeunermuziek. Barna, de violist in de band, speelde eerst alleen mee bij Paso's Roots Rockers, een door dub geïnspireerd nevenproject van de band, maar zijn bijdragen sloegen zo goed aan, dat we al snel besloten om hem ook in de band op te nemen."
Balkanmuziek is ondertussen een ware hype in West-Europa. Heeft het feit dat jullie die elementen in jullie muziek verwerken al onverwachte deuren geopend?
KRSA: "Absoluut! De eerste keer dat we dat echt merkten, was toen we ook buiten Hongarije begonnen te toeren. We waren gewend om in kleine skaclubs te spelen en plots werden we ook gevraagd om op festivals te spelen omdat men ons nu ook beschouwde als een wereldmuziekact. Wij laten het allemaal maar gebeuren, want het laat ons toe om ook die kant van onze muziek verder te ontwikkelen."
Je vermeldde net al Paso's Roots Rockers als één van jullie nevenprojecten, maar er zijn er meer, nee?
KRSA: "Ja, je hebt Paso Traditional Ska Special, een nevenproject waarmee we vooral ons Hongaarse publiek warm willen maken voor traditionele skamuziek. Met dat project spelen we enkel covers van bekende skanummers. Verder hosten we ook ons eigen radioprogramma, Ska Club (Tilos Radio – fm 90.3), dat natuurlijk ook volledig aan ska geweid is en tenslotte is er nog Skanking Camping natuurlijk; een kleinschalig skafestival dat we elk jaar organiseren en dat een beetje dient om gelijkgestemde zielen samen te brengen."
Kan je tenslotte misschien nog eens kort samenvatten waar ska voor staat als het van Pannonia All Stars afhangt?
KRSA: "Ska is Jamaicaanse dansmuziek, maar symboliseert tegelijk ook de Jamaicaanse onafhankelijkheid. Het is rebelse muziek uit de underground. De uptempo muziek laten je je terug goed voelen en dat gecombineerd met de inhoud van de songs, die vaak over de realiteit van het dagelijkse leven gaan, maakt dat deze muziek zeer nauw verwant is aan de folk. Met Pannonia All Stars hebben we die overeenkomsten net dat kleine beetje doorgetrokken door de twee genres ook daadwerkelijk te vermengen."
Kristóf Tóth aka. KRSA: "Lord Tanamo was één van die vele vocalisten die optraden met The Skatalites, dus hij was al zeker een skapionier. Enkele van de bekendste skanummers zijn van zijn hand. Het bekendste is waarschijnlijk I'm In The Mood For Love, dat onder andere gecoverd werd door Jamiroquai. Ik vind dat je als muzikant altijd het nodige respect moet betuigen aan de allergrootsten en daar was hij er zeker één van!"
Het logo van Pannonia All Stars, de letter "P" in een lauwerkrans, doet denken aan de tijd dat Hongarije nog deel uitmaakte van het Oostblok.
KRSA: "Wel, sommige bandleden hebben die periode nog meegemaakt. Het logo waar jij het over hebt werd vroeger gebruikt door een Hongaarse motorfietsenfabriek die ook Pannonia heette. Pannonia was trouwens de naam die de Romeinen gebruikten om een regio te omschrijven die min of meer overeenkwam met het huidige Hongarije. De fabriek waar ik het net over had ging failliet na de ineenstorting van het communistische regime en dus zagen wij er geen graten in om het logo te gebruiken. Ondertussen is de fabriek heropgestart en het logo dat we tegenwoordig gebruiken is eerder een knipoog naar Fred Perry (Engelse tennis- en tafeltennisspeler en drievoudig Wimbledonkampioen. In de late jaren vijftig werd Perry benaderd door Tibby Wegner, een Oostenrijks voetballer die een zweetbandje had uitgevonden. Wegners volgende idee was een sportshirt uit witte katoenen piqué met korte mouwen en knopen. Perry lanceerde het shirt op Wimbledon in 1952 waar het een onmiddellijk succes bleek. Vandaag is het Fred Perry merk vooral bekend vanwege het P-logo met de laurierkrans - gebaseerd op het oude Wimbledonsymbool - dat altijd op de linkerborst van de shirts staat. Het gamma werd in de jaren vijftig uitgebreid toen het poloshirt populair werd bij de mods en er vraag kwam naar een gevarieerder kleurenpalet. Het Fred Perry shirt bleef populair bij verschillende subculturen in de jaren zestig en zeventig gaande van de skinheads tot de Northern Soul scene, red.) en de Britse two-tone skacultuur."
Toen jullie met deze band begonnen was Hongarije nog aan het herstellen na jaren van communistisch bestuur en al de beperkingen die daarbij hoorden. Hoe hebben jullie in die periode in godsnaam de skamuziek ontdekt? Ik kan me voorstellen dat het niet gemakkelijk moet geweest zijn om aan vinylplaten te geraken?
KRSA: "In die periode kwamen de meeste vinylplaten Hongarije binnen via wat nu ex-Joegoslavië is. De wetgeving was daar een stuk vrijer en voor ons waren die trips naar daar dan ook bijna als een bezoek aan een westers land. Op de eerste platen die we in handen kregen stond vooral Britse punk en two-tone ska. Die platen waren voor ons ook zeker niet goedkoop en meestal kochten we dan ook maar één exemplaar. Die plaat kopieerden we dan vervolgens zoveel mogelijk op cassette om die dan weer in het undergroundcircuit in Hongarije te verspreiden. In de jaren tachtig werden dan de eerste Hongaarse, vooral two-tone geïnspireerde, skabands opgericht, maar wij zijn eigenlijk de eerste Hongaarse band die echte Jamaicaanse foundation ska speelt. Daarnaast hoor je in onze muziek ook invloeden uit rocksteady en oude reggae en persoonlijk ben ik ook een grote liefhebber van rub-a-dub en vroege dancehall. Zoals ik net zei, waren wij de eerste Hongaarse band die foundation ska speelde en dus was het niet echt moeilijk om daar snel naam te maken. Internationaal gezien zijn er echter honderden bands die hetzelfde doen, dus daar lagen de kaarten enigszins anders en daarom besloten we onze muziek wat bij te kruiden met invloeden uit de Hongaarse folk en zigeunermuziek. Barna, de violist in de band, speelde eerst alleen mee bij Paso's Roots Rockers, een door dub geïnspireerd nevenproject van de band, maar zijn bijdragen sloegen zo goed aan, dat we al snel besloten om hem ook in de band op te nemen."
Balkanmuziek is ondertussen een ware hype in West-Europa. Heeft het feit dat jullie die elementen in jullie muziek verwerken al onverwachte deuren geopend?
KRSA: "Absoluut! De eerste keer dat we dat echt merkten, was toen we ook buiten Hongarije begonnen te toeren. We waren gewend om in kleine skaclubs te spelen en plots werden we ook gevraagd om op festivals te spelen omdat men ons nu ook beschouwde als een wereldmuziekact. Wij laten het allemaal maar gebeuren, want het laat ons toe om ook die kant van onze muziek verder te ontwikkelen."
Je vermeldde net al Paso's Roots Rockers als één van jullie nevenprojecten, maar er zijn er meer, nee?
KRSA: "Ja, je hebt Paso Traditional Ska Special, een nevenproject waarmee we vooral ons Hongaarse publiek warm willen maken voor traditionele skamuziek. Met dat project spelen we enkel covers van bekende skanummers. Verder hosten we ook ons eigen radioprogramma, Ska Club (Tilos Radio – fm 90.3), dat natuurlijk ook volledig aan ska geweid is en tenslotte is er nog Skanking Camping natuurlijk; een kleinschalig skafestival dat we elk jaar organiseren en dat een beetje dient om gelijkgestemde zielen samen te brengen."
Kan je tenslotte misschien nog eens kort samenvatten waar ska voor staat als het van Pannonia All Stars afhangt?
KRSA: "Ska is Jamaicaanse dansmuziek, maar symboliseert tegelijk ook de Jamaicaanse onafhankelijkheid. Het is rebelse muziek uit de underground. De uptempo muziek laten je je terug goed voelen en dat gecombineerd met de inhoud van de songs, die vaak over de realiteit van het dagelijkse leven gaan, maakt dat deze muziek zeer nauw verwant is aan de folk. Met Pannonia All Stars hebben we die overeenkomsten net dat kleine beetje doorgetrokken door de twee genres ook daadwerkelijk te vermengen."