Interview met Pura Vida @ Radio Centraal

Radio CentraalMet zijn band Pura Vida laat Bregt De Boever aka. Puraman een frisse wind waaien door het Belgi­sche reggaelandschap. en Struggle In The City, het albumdebuut van de band, kreeg unaniem lovende kritieken van de vakpers. Hoog tijd dus om Puraman eens op de tropicalidad.be-rooster te leggen voor het wat, waar en waarom.

Bregt, 'Struggle In The City', het debuutalbum van Pura Vida ligt eindelijk in de rekken. Een beetje tevreden over het resultaat?
Bregt De Boever: "Toch wel ja, vooral omdat ik van onze platenfirma Kinky Star carte blanche heb gekregen. Ik wilde dat het album heel old-school zou klinken..."

Dat is wel gelukt denk ik.
Bregt De Boever: "(lacht) Ik heb nochtans veel opmerkingen gekregen in de trant van: 'Waar ben jij in godsnaam nog mee bezig?' Tegenwoordig moet alles in high-definition zijn, maar voor mij staat de beste reggae nog altijd op vinylplaten uit de jaren zeventig en dat was de sound die ik ook voor 'Struggle In The City' wilde."

De meeste muzikanten halen hun geld tegenwoordig al lang niet meer uit de verkoop van hun albums. Ik vermoed dat dat voor jullie niet anders is. Hoe belangrijk was het dat dit album er toch überhaupt nog kwam?
Bregt De Boever: "Voor mij persoonlijk was dat eigenlijk heel belangrijk, omdat ik toch vijf jaar van mijn leven in dit album heb geïnvesteerd en een album is toch ook nog steeds een belangrijk visitekaartje alles je ergens wilt geboekt worden. Veel geld gaan we er inderdaad niet aan verdienen, maar omdat we het via een echte platenfirma hebben uitgebracht wordt 'Struggle In The City' wel verdeeld in de hele Benelux."

Pura Vida is nu al een tijdje een volwaardige band, maar eigenlijk is het jouw geesteskind. Wanneer is muziek een centrale rol beginnen spelen in jouw leven?
Bregt De Boever: "Eigenlijk is dat al zowat van bij mijn geboorte. Mijn vader speelde toen al boven mijn wiegje nummers van Bob Dylan na op zijn akoestische gitaar. In mijn jongere jaren luisterde ik veel blues en heb ik een tijdje in een psychedelische rock band gespeeld - samen met Fons (Sijmons, red.) van The Scabs trouwens (lacht). Ik kon toen amper enkele akkoorden spelen en ik ben eigenlijk nog steeds geen al te goede gitarist, maar laat ons zeggen dat ik me ondertussen kan behelpen! (lacht) Voor mij voelt het echt aan alsof ik al mijn hele leven met muziek bezig ben."

Hoe ben je dan tenslotte bij de reggae aanbeland?
Bregt De Boever: "Dat is, zoals bij zovelen, begonnen met Bob Marley. Ik had van mijn vader een cassettebandje gekregen met daarop een opname van Legend, het ondertussen ook legendarische Best Of album van Bob Marley (Island Records, 1984, red.). Bob Marley vond ik best te pruimen, maar van alle andere reggae moest ik toen nog niets weten. Ik ben dan een voor een al zijn albums beginnen verzamelen, tot er op een bepaald moment op school iemand me The Same Song van Israel Vibration liet horen. Zo ben ik dan eigenlijk die hele roots scene beginnen verkennen, King Tubby ontdekt, Lee Perry... en zelfs nu ben ik eigenlijk nog steeds op ontdekkingstocht! (lacht) Noem het maar gerust een passie."

We moeten het ook zeker even over die bandnaam hebben. Pura Vida is nu niet meteen een naam die aan reggae doet denken, wat is eigenlijk het verhaal achter die naam?
Bregt De Boever: "Die naam komt eigenlijk van een Costa Ricaanse rastaman. In Costa Rica gebruiken de rastas 'pura vida' als een soort groet. Het betekent zoiets als 'puur leven' en niettegenstaande het een Spaanse naam is, is dat toch iets dat je wel met roots reggae kunt associëren denk ik."

'Struggle In The City', wordt onder andere verdeeld in de filialen van Fnac, maar in een van hun Brusselse vestigingen vond ik het terug bij de pop in plaats van bij de reggae. Zou dat ook niet ten dele aan die naam kunnen liggen?
Bregt De Boever: "Dat zou kunnen, maar ik denk dat het misschien eerder aan het label ligt. Kinky Star is vooral gekend van Belgische rock en hiphop releases. Ik vind het trouwens niet eens zo’n slechte zaak dat ons album bij de pop ligt, omdat je zo misschien een ander publiek zult aanspreken dan diegenen die gaan zoeken in het gespecialiseerde reggaehoekje."

Ook in het instrumentarium dat jullie gebruiken zijn er een aantal dingen die niet onmiddellijk met reggae geassocieerd zullen worden; ik denk bijvoorbeeld maar aan jouw sitar.
Bregt De Boever: "Onze invloeden zijn dan ook zeer divers. Ik kan persoonlijk bijvoorbeeld nog altijd niet om Bob Dylan heen, maar er zitten zelfs invloeden uit de klassieke muziek in het album. Mijn vader had een stuk van Schubert op plaat, Der Tod Und Das Mädchen (1824, red.) en ik was altijd al sterk onder de indruk van dat werk; zozeer zelfs dat ik absoluut iets gelijkaardigs in mijn eigen muziek wou integreren. Voor het nummer Babylon Will Fall hebben we dat stuk dan ook ten dele geherinterpreteerd. Voor mij is er zowat in alle genres goede muziek te vinden. De intro van het album is bijvoorbeeld geïnspireerd door de muziek van groepen als Pink Floyd en Tangerine Dream."

Je woont in Sint-Maria-Aalter, ergens op het Oost-Vlaamse platteland. Ik kan me dan ook moeilijk voorstellen dat jij veel last zou hebben van de 'Struggle In The City', nochtans de titel van het album.
Bregt De Boever: "Tja, dat is eigenlijk meer anekdotisch. Ik had op een bepaald moment een driejarige opleiding leerkracht zedenleer en plastische opvoeding beëindigd en ik moest om mijn diploma gaan, maar eigenlijk had ik daar helemaal geen zin in want ik was op dat moment net lekker aan het schilderen en ik begon dan ook al improviserend te zingen van: 'Struggle in the city...'. Zo is dat nummer eigenlijk ontstaan! (lacht) Maar ik ben ook echt geen stadsmens. In de stad krijg je zo een overdaad aan invloeden en dat je uiteindelijk af van de essentie."

Vertel nog eens even iets over de hoesillustratie van het album, buiten de kleuren ook weer niet echt reggaeachtig.
Bregt De Boever: "De artieste die verantwoordelijk is voor dat ontwerp is Nina Schelfhout, tevens mijn vriendin. Zij heeft illustratietechnieken gestudeerd en ze zorgt vaak voor de illustraties bij boeken. De illustratie die we voor de hoes van het album gebruikt hebben, had ze eigenlijk al gemaakt voor ik haar leerde kennen, maar het ontwerp - gebouwen die veranderen in slangen - sloot eigenlijk naadloos aan bij de titel van het album. De slangen, die in dit geval symbool staan voor de stad, verleiden Eva. Je ziet dus dat er toch ook weer een zekere verwijzing naar de Bijbel is en dat is toch iets dat in de roots reggae vaak terugkomt. Ik vind die tekening eigenlijk nog altijd zeer straf omdat ze tegelijk heel simpel en toch enorm to the point is."

De muziek van Pura Vida is zonder twijfel ook spiritueel te noemen. Vindt Rastafari daar ergens een plaatsje in?
Bregt De Boever: "Ik denk dat er zonder Rastafari weinig reggae gemaakt zou zijn. (lacht) Ik heb veel opgestoken van mijn tijd samen met The Congos, zowel hier als tijdens mijn reis naar Jamaica. Je merkt dat die gasten een veel beperktere opleiding genoten hebben dan de meesten van ons in het westen. Voor hen was Afrika bijvoorbeeld niet meer dan een wild continent waar hun voorouders vandaan kwamen. Ik kan me dan ook levendig voorstellen dat de verhalen over een keizer in Ethiopië, het enige land in Afrika dat trouwens nooit gekoloniseerd is geweest, het een en ander losgemaakt moet hebben bij die mannen. Voor de spiritualiteit die zich daar rond ontwikkeld heeft kan ik alleen maar respect opbrengen. Zelf zet ik figuren als Selassie, maar ook bijvoorbeeld ook Jezus of Ghandi, graag in de hoek van de verlichte geesten. Ik probeer zelf het belangrijkste uit de grote religies te distilleren en dan kom je vaak terecht bij de pure belangeloze liefde."

Hoe ben je eigenlijk met The Congos in contact gekomen?
Bregt De Boever: "Dat is eigenlijk vorig jaar begonnen. The Congos speelden toen in de Minnemeers in Gent (09/2009, red.). Ik heb toen ter plekke een nummer met hen opgenomen (Play Pura Vida, red.) en daarna heeft Ashanti Roy me eigenlijk informeel uitgenodigd om hem eens op te zoeken in Jamaica. Niet veel later ben ik dan ook effectief naar Jamaica vertrokken en Ashanti Roy en Cedric Myton stonden mij op te wachten op de luchthaven. Tijdens die trip hebben we dan onder andere We Nah Give Up opgenomen en ondertussen zijn we aan een volledig album aan het werken en de release van dat samenwerkingsproject zou meteen de start moeten zijn van ons nieuwe Lost Ark label. Dat is hopelijk allemaal iets voor 2011. Het internet maakt het natuurlijk stukken makkelijker om met iemand samen te werken die aan de andere kant van de wereld zit. Ik stuur hen dan ook geregeld de instrumentale partijen door en zij voegen daar dan hun zanglijnen aan toe en sturen het weer terug. Dit hele verhaal had ik zelf nooit durven dromen; The Congos waren voor mij mijn grote inspiratiebron en om nu de kans te krijgen om hen niet alleen te ontmoeten, maar ook nog eens met hen samen te kunnen werken, is een eer die met geen woorden te beschrijven valt! Pure Jah guidance!"

Je hebt je studio Lost Ark als naam gegeven. Is dat een eerbetoon aan de ter ziele gegaan studio van Lee Perry, The Black Ark?
Bregt De Boever: "Ja, absoluut! Vandaar ook de Lost Ark, omdat de Black Ark natuurlijk in rook is opgegaan. Het feit dat Lee Perry destijds vrij geniale dingen deed gebruikmakend van wat eigenlijk vrij simpel materiaal was, is voor mij een grote inspiratiebron geweest. Het maakte die hele muziekwereld ook plots heel toegankelijk voor mij; ik besefte dat ik om een degelijke sound neer te zetten geen dure mengtafel van doen had. Tot slot heeft die naam natuurlijk ook een Bijbelse betekenis; de verloren Ark des Verbonds die volgens de Ethiopiërs in Axum bewaard wordt."

reacties


Reactie
Je kan gebruik maken van Emoticons en Textile-opmaak.
Naam E-mail (wordt niet gepubliceerd) Website (optioneel)
spamquiz: Wat zijn de eerste twee letters van tropicalidad.be?