Interview met Pat Thomas @ AB
In afwachting van wat ongetwijfeld opnieuw stomende sets worden op Couleur Café (3 juli, Brussel) en Dour (16 juli, Dour), serveren we jullie alvast onderstaand interview met Pat Thomas. Toen de Ghanese highlife-veteraan eind vorig jaar naar onze hoofdstad afzakte hadden we de eer en het genoegen een paar woorden te kunnen wisselen vlak voor hij samen met Kwashibu Area Band de AB Club wist in te pakken met zijn funky grooves.Pat, je staat bekend als de "golden voice of highlife". Kan je ons eens kort uitleggen waarvoor het genre volgens jou staat?
Pat Thomas: "Highlife is voor mij vooral het muziekgenre waarmee ik bekend geworden ben! De eerste Ghanese president, Dr. Kwame Nkrumah, was een fervent muziekliefhebber en ondersteunde actief pioniers in het highlife genre als Ramblers Dance Band en Broadway Dance Band. Een van de redenen waarom het genre uiteindelijk highlife genoemd werd is omdat deze muziek luisteraars in hogere sferen zou brengen. Muzikaal gesproken is highlife echter ontstaan uit de fusie van een aantal bestaande ritmes uit de traditionele muziek van Ghana."
Kom je zelf uit een muzikaal nest?
Pat Thomas: "Oh ja, absoluut! Mijn vader was muziekleraar en mijn moeder leidde het koor van haar kerkgenootschap. Daarnaast ben ik ook familie van King Onyina (Kwabena 'King' Onyina, geboren op 15 maart 1932, is een Ghanese gitarist en bandleider. Zijn eerste band, Cooler's Band, later omgedoopt tot Onyina's Guitar Band, richtte Onyina al op in 1953, hoewel hij toen zelf amper zestien was. De titel 'King' kreeg hij dan weer in 1961, toen hij in Accra de National Guitar Band competitie won. King Onyina staat ook bekend als diegene die in de jaren vijftig van de vorige eeuw jazz akkoorden in de highlife muziek introduceerde, red.), die een oom van me was. Hij is ondertussen overleden, maar ik heb nog een tijd lang bij hem ingewoond en beschouw hem nog steeds als een grote inspiratiebron."
Wanneer ontdekte je eigen stempotentieel eigenlijk?
Pat Thomas: "Ik heb nog een tijdje in het kerkkoor gezongen, maar eigenlijk wist al van kindsbeen af dat ik op een dag een bekende zanger zou worden. Ik zong dan ook zowat de hele tijd en overal! (lacht)"
Je carrière nam pas echt een vlucht toen je begon samen te werken met Ebo Taylor.
Pat Thomas: "Dat klopt, ja. In die periode woonde ik dus in bij mijn oom in Kumasi. Ik deed de was en de plas en legde altijd zijn kleren klaar. Een kennis van me drumde bij een band in Takoradi en toen ik daar tijdens één van de tournees van mijn oom toch passeerde, besloot ik hem eens op te zoeken. We spraken af in het Zenith, een lokaal hotel en van zodra ik daar binnenstapte, hoorde ik de band al spelen. Het toeval wilde dat ze net op dat moment Mansa, een nummer van Dr. K. Gyasi and His Noble Kings, aan het repeteren waren. De zanger van de band sprak echter enkel Ewe en begreep de tekst van het nummer niet omdat dat in het Twi geschreven was. Eerst vroegen ze mij om de tekst fonetisch uit te schrijven, maar nadat ook dat geen zoden aan de dijk bracht, mocht ik het ook even voorzingen. Ik wist natuurlijk dat dit mijn kans was en zette dus een zo degelijk mogelijke versie van het nummer neer. De bandleider was zo onder de indruk dat hij me terplekke vroeg of ik kon blijven. Niet veel later keerde Ebo Taylor na een verblijf in het Verenigd Koninkrijk terug naar Ghana en werden we aan elkaar voorgesteld. Ebo was niet meteen onder de indruk van het magere jongetje dat voor hem stond, maar dat veranderde meteen toen hij me hoorde zingen. Eigenlijk was onze vriendschap vanaf dat moment beklonken - zelf heb ik hem altijd meer als een oom gezien - en al snel werden wij een onafscheidelijk duo. In het begin schreef Ebo nog al mijn teksten, maar na een tijdje vertrouwde hij me genoeg om me dat zelf te laten doen."
Een van de succesvolle projecten waar jullie beiden deel van uitmaakten was Sweet Beans, een band die gesponsord werd door de Ghana Cocoa Board.
Pat Thomas: "Juist! Eigenlijk was het de bedoeling dat wij op verschillende door de Ghana Cocoa Board georganiseerde events de Ghanese cacao in de kijker zouden zetten, maar Sweet Beans had zoveel succes dat we na een tijdje ook in het commerciële circuit begonnen op te treden."
In 1979 zorgde een militaire coup onder leiding van Jerry Rawlings voor het vroegtijdige einde van het highlife genre.
Pat Thomas: "Het was zeker niet zo dat Rawlings iets tegen highlife had, maar de door hem ingestelde avondklok betekende meteen ook het einde van het nachtleven in Ghana. Het was verboden om nog na zessen 's avonds buiten te komen en een concert organiseren was dus niet langer een optie. Veel Ghanese muzikanten, mezelf incluis, beslisten in die periode om andere oorden op te zoeken en daar hun geluk te beproeven."
Blijkbaar heeft ook afrobeat-pionier Tony Allen een belangrijke rol gespeeld in de totstandkoming van Pat Thomas & Kwashibu Area Band?
Pat Thomas: "Ik werkte voor het eerst met Tony samen toen ik nog bij Sweet Beans zat. Fela zakte regelmatig naar Ghana af en ik was al van in het begin een grote fan van Tony's drumstijl. We hebben destijds samen een aantal nummers opgenomen en zijn doorheen de jaren ook blijven samenwerken. Dit nieuwe albumproject leek me dan ook het ideale excuus om nog eens samen de studio in te duiken."
Met Ebo Taylor en Tony Allen werkte je voor Pat Thomas & Kwashibu Area Band dus samen met een aantal veteranen uit de highlife en afrobeat, maar hoe heb je de jonge snaken van Kwashibu Area Band zelf precies leren kennen?
Pat Thomas: "Ik werd op een dag gebeld door Kwame (Yeboah, red.), de bandleider, en Ben (Abarbanel-Wolff, red.), die me vertelden dat ze graag samen met mij een album wilden opnemen. Ze hadden samen de muziek gecomponeerd van een aantal van de tracks die nu op het album terug te vinden zijn en vroegen of ik voor bijhorende teksten kon zorgen en die nummers dan ook meteen wilde inzingen. Daarnaast hebben ze ook een aantal van mijn oudere nummers opnieuw onder handen genomen en ze in een moderner jasje gestoken. Alle instrumenten die je op het album hoort werden live ingespeeld en Kwame en Ben stonden erop om analoog opnamemateriaal te gebruiken zodat we de vintage sound van vroeger zo dicht mogelijk konden benaderen."
Voor diegenen die niet vertrouwd zijn met de naam, waar ligt Kwashibu precies en wat voor buurt is het?
Pat Thomas: "Kwashibu is een voorstad van Accra en is nog het best te vergelijken met een groen dorp aan de rand van de grootstad. De buurt staat bekend om de verse producten die je er kan vinden en het is ook Kwame's uitvalsbasis. Het leek ons dan ook een meer dan geschikte naam voor de band. Als je ooit in Ghana bent moet je Kwashibu zeker eens checken!"
Pat Thomas: "Highlife is voor mij vooral het muziekgenre waarmee ik bekend geworden ben! De eerste Ghanese president, Dr. Kwame Nkrumah, was een fervent muziekliefhebber en ondersteunde actief pioniers in het highlife genre als Ramblers Dance Band en Broadway Dance Band. Een van de redenen waarom het genre uiteindelijk highlife genoemd werd is omdat deze muziek luisteraars in hogere sferen zou brengen. Muzikaal gesproken is highlife echter ontstaan uit de fusie van een aantal bestaande ritmes uit de traditionele muziek van Ghana."
Kom je zelf uit een muzikaal nest?
Pat Thomas: "Oh ja, absoluut! Mijn vader was muziekleraar en mijn moeder leidde het koor van haar kerkgenootschap. Daarnaast ben ik ook familie van King Onyina (Kwabena 'King' Onyina, geboren op 15 maart 1932, is een Ghanese gitarist en bandleider. Zijn eerste band, Cooler's Band, later omgedoopt tot Onyina's Guitar Band, richtte Onyina al op in 1953, hoewel hij toen zelf amper zestien was. De titel 'King' kreeg hij dan weer in 1961, toen hij in Accra de National Guitar Band competitie won. King Onyina staat ook bekend als diegene die in de jaren vijftig van de vorige eeuw jazz akkoorden in de highlife muziek introduceerde, red.), die een oom van me was. Hij is ondertussen overleden, maar ik heb nog een tijd lang bij hem ingewoond en beschouw hem nog steeds als een grote inspiratiebron."
Wanneer ontdekte je eigen stempotentieel eigenlijk?
Pat Thomas: "Ik heb nog een tijdje in het kerkkoor gezongen, maar eigenlijk wist al van kindsbeen af dat ik op een dag een bekende zanger zou worden. Ik zong dan ook zowat de hele tijd en overal! (lacht)"
Je carrière nam pas echt een vlucht toen je begon samen te werken met Ebo Taylor.
Pat Thomas: "Dat klopt, ja. In die periode woonde ik dus in bij mijn oom in Kumasi. Ik deed de was en de plas en legde altijd zijn kleren klaar. Een kennis van me drumde bij een band in Takoradi en toen ik daar tijdens één van de tournees van mijn oom toch passeerde, besloot ik hem eens op te zoeken. We spraken af in het Zenith, een lokaal hotel en van zodra ik daar binnenstapte, hoorde ik de band al spelen. Het toeval wilde dat ze net op dat moment Mansa, een nummer van Dr. K. Gyasi and His Noble Kings, aan het repeteren waren. De zanger van de band sprak echter enkel Ewe en begreep de tekst van het nummer niet omdat dat in het Twi geschreven was. Eerst vroegen ze mij om de tekst fonetisch uit te schrijven, maar nadat ook dat geen zoden aan de dijk bracht, mocht ik het ook even voorzingen. Ik wist natuurlijk dat dit mijn kans was en zette dus een zo degelijk mogelijke versie van het nummer neer. De bandleider was zo onder de indruk dat hij me terplekke vroeg of ik kon blijven. Niet veel later keerde Ebo Taylor na een verblijf in het Verenigd Koninkrijk terug naar Ghana en werden we aan elkaar voorgesteld. Ebo was niet meteen onder de indruk van het magere jongetje dat voor hem stond, maar dat veranderde meteen toen hij me hoorde zingen. Eigenlijk was onze vriendschap vanaf dat moment beklonken - zelf heb ik hem altijd meer als een oom gezien - en al snel werden wij een onafscheidelijk duo. In het begin schreef Ebo nog al mijn teksten, maar na een tijdje vertrouwde hij me genoeg om me dat zelf te laten doen."
Een van de succesvolle projecten waar jullie beiden deel van uitmaakten was Sweet Beans, een band die gesponsord werd door de Ghana Cocoa Board.
Pat Thomas: "Juist! Eigenlijk was het de bedoeling dat wij op verschillende door de Ghana Cocoa Board georganiseerde events de Ghanese cacao in de kijker zouden zetten, maar Sweet Beans had zoveel succes dat we na een tijdje ook in het commerciële circuit begonnen op te treden."
In 1979 zorgde een militaire coup onder leiding van Jerry Rawlings voor het vroegtijdige einde van het highlife genre.
Pat Thomas: "Het was zeker niet zo dat Rawlings iets tegen highlife had, maar de door hem ingestelde avondklok betekende meteen ook het einde van het nachtleven in Ghana. Het was verboden om nog na zessen 's avonds buiten te komen en een concert organiseren was dus niet langer een optie. Veel Ghanese muzikanten, mezelf incluis, beslisten in die periode om andere oorden op te zoeken en daar hun geluk te beproeven."
Blijkbaar heeft ook afrobeat-pionier Tony Allen een belangrijke rol gespeeld in de totstandkoming van Pat Thomas & Kwashibu Area Band?
Pat Thomas: "Ik werkte voor het eerst met Tony samen toen ik nog bij Sweet Beans zat. Fela zakte regelmatig naar Ghana af en ik was al van in het begin een grote fan van Tony's drumstijl. We hebben destijds samen een aantal nummers opgenomen en zijn doorheen de jaren ook blijven samenwerken. Dit nieuwe albumproject leek me dan ook het ideale excuus om nog eens samen de studio in te duiken."
Met Ebo Taylor en Tony Allen werkte je voor Pat Thomas & Kwashibu Area Band dus samen met een aantal veteranen uit de highlife en afrobeat, maar hoe heb je de jonge snaken van Kwashibu Area Band zelf precies leren kennen?
Pat Thomas: "Ik werd op een dag gebeld door Kwame (Yeboah, red.), de bandleider, en Ben (Abarbanel-Wolff, red.), die me vertelden dat ze graag samen met mij een album wilden opnemen. Ze hadden samen de muziek gecomponeerd van een aantal van de tracks die nu op het album terug te vinden zijn en vroegen of ik voor bijhorende teksten kon zorgen en die nummers dan ook meteen wilde inzingen. Daarnaast hebben ze ook een aantal van mijn oudere nummers opnieuw onder handen genomen en ze in een moderner jasje gestoken. Alle instrumenten die je op het album hoort werden live ingespeeld en Kwame en Ben stonden erop om analoog opnamemateriaal te gebruiken zodat we de vintage sound van vroeger zo dicht mogelijk konden benaderen."
Voor diegenen die niet vertrouwd zijn met de naam, waar ligt Kwashibu precies en wat voor buurt is het?
Pat Thomas: "Kwashibu is een voorstad van Accra en is nog het best te vergelijken met een groen dorp aan de rand van de grootstad. De buurt staat bekend om de verse producten die je er kan vinden en het is ook Kwame's uitvalsbasis. Het leek ons dan ook een meer dan geschikte naam voor de band. Als je ooit in Ghana bent moet je Kwashibu zeker eens checken!"