Interview met Akalé Wubé @ CC De Warande
Met Mistakes On Purpose, hun samenwerkingsproject met de Ethiopische veteraan Girma Beyene, zorgde het Franse Akalé Wubé voor een knaller van een Ethio-groove album. Wie hen van de zomer nog eens aan het werk wil zien, moet daar wel de grens voor over want Girma Beyene & Akalé Wubé staan voorlopig enkel op de Music Meeting in Nijmegen op 4 juni. Als opwarmertje alvast onderstaand gesprek met bassist Oliver Degebrielle!Oliver, een logische vraag om te beginnen… Hoe komen een groep Fransen en een Maltezer erbij om Ethiopische muziek uit de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw te gaan spelen?
Oliver Degabriele (Bass): "Het verhaal van Akalé Wubé begint een kleine tien jaar geleden toen Paul (Bouclier, red.), onze trompettist, en Etienne (de la Sayette, red.) zowat gelijktijdig deze fascinerende muziek ontdekten. Etienne vroeg er dan Loïc (Réchard, guitar, red.) bij en Paul ging eens polsen bij David (Georgelet, drums, red.). Ik herinner me nog dat ik op een dag een telefoontje kreeg van David, met de mededeling dat ze bezig waren met een project rond Ethiopische muziek en de vraag of ik misschien ook interesse zou hebben. Eerlijk gezegd dacht ik eerst dat het op een grap ging, want ik had niet het minste vermoeden dat die muziek bestond, laat staan hoe het dan wel zou klinken. Hij bleef echter aandringen en bezorgde me niet veel later één van de Ethiopiques compilaties, een reeks die trouwens lange tijd zowat de enige inspiratiebron voor Akalé Wubé zou blijven. Wat de verschillende muzikanten in de band verbindt is dat we allemaal een voorliefde hebben voor de muziek uit de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Dat is meteen ook de reden waarom we steeds trachten om zo dicht mogelijk in de buurt te blijven van de originele vibe van de zogenaamde gouden era van de Ethiopische muziek; zo nemen we bijvoorbeeld al onze muziek live op (met alle muzikanten gelijktijdig present in de studio, red.). Langzaam maar zeker zijn we ook authentieke instrumenten als de krar of de washint beginnen te introduceren om zo het palet van onze muziek breder te maken."
De naam van de band haalden jullie bij een nummer van Getatchew Makurya. Sprong hij er tussen al die artiesten op die Ethiopiques-compilaties tussenuit?
Oliver Degabrielle: "Neen, niet echt… Om eerlijk te zijn hebben we voor die naam gekozen omdat hij gewoon goed klonk! (lacht) We zaten op een dag wat te brainstormen in een Ethiopisch restaurant in Parijs omdat we vonden dat het project toch eindelijk een naam moest hebben. We zijn dan door de hele Ethiopiques catalogus gegaan en 'Akalé Wubé' sprong er onmiddellijk uit. In het begin kenden we zelfs de betekenis van de woorden niet, maar toen we daar uiteindelijk toch achter kwamen, waren we er nog meer van overtuigd dat we absoluut de juiste naam voor onze band gekozen hadden. Getatchew heeft natuurlijk een zeer belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de Ethiopische muziek, maar destijds keken wij toch iets meer op naar Mulatu Astatke, deels ook omdat zijn muziek instrumentaal is, net zoals het gros van onze nummers."
Was het een bewuste keuze om geen vocalist bij de band te betrekken of eerder een samenloop van omstandigheden?
Oliver Degabrielle: "Een beetje van beide… Wij zijn stuk voor stuk jazzmuzikanten en we hebben er eigenlijk nooit bij stilgestaan dat een vocalist wel eens nuttig zou kunnen zijn. Dus besloten we de hele zaak maar instrumentaal te houden en omdat we in het begin toch vooral op Ethio-jazz focusten viel dat wel mee. De nummers die we interessant vonden, maar waarin toch vocals te horen waren, herwerkten we gewoon. In 2010 kregen we de kans om zelf eens naar Ethiopië te reizen en daar ontdekten we een pak nieuwe muziek en werkten we samen met een aantal lokale muzikanten en vocalisten. Eigenlijk ben ik nog vergeten te vermelden dat we nog kort hebben samengewerkt met Karim Chaya, een Algerijnse zanger. Het klonk zeker niet slecht, maar het resultaat zou ik eerder fusion dan echte Ethiopische muziek noemen. In essentie zijn we vandaag nog steeds een instrumentale band, maar we laten altijd ruimte voor gasten; op 'Sost', ons derde album, was dat Genet (Asefa, red.), en er is net een gans album met Girma Beyene verschenen."
Hoe zijn jullie met een veteraan als Beyene in contact gekomen?
Oliver Degabrielle: "We kenden zijn muziek natuurlijk al uit de Ethiopiques reeks, maar we hadden er geen idee van of hij nog actief was en waar hij tegenwoordig woonde. Francis Falceto, de producent van de Ethiopiques reeks, was ons al een tijdje op de voet aan het volgen en wist dat we openstonden voor samenwerkingsprojecten. Girma was naar de Verenigde Staten verhuisd nadat de Derg midden jaren zeventig van de vorige eeuw de macht gegrepen had in Ethiopië, en had daar al zijn muzikale activiteiten stopgezet. Een paar jaar geleden is hij dan terug naar Ethiopië getrokken en hij had ondertussen al een paar keer terloops aan Francis laten weten dat hij het wel zag zitten om opnieuw de studio in te duiken. Francis dacht daarbij onmiddellijk aan ons en omdat wij die kans natuurlijk niet konden laten passeren lieten we Girma dan ook voor een eenmalig concert overvliegen naar Parijs. We hebben een week samen gerepeteerd en dat werd af en toe erg emotioneel omdat de muziek bij Girma veel herinneringen aan dingen die hij al lang vergeten was. Hij vertelde ons dat veel van zijn nummers eigenlijk liefdesliedjes waren, gericht aan zijn vrouw die ondertussen jammer genoeg overleden was. De geplande show was volledig uitverkocht en de avond werd een knallend succes, dus wij waren het er allemaal roerend over eens dat het verhaal daar niet mocht eindigen. We hebben hem dan opnieuw naar Parijs gehaald om wat studiosessies te doen en die sessies zijn uiteindelijk uitgemond in het ''Mistakes On Purpose' album. Francis Falceto, die de artistieke leider van het project was, was zo onder de indruk van wat hij hoorde, dat hij meteen voorstelde om het album uit te brengen als onderdeel van de Ethiopiques reeks."
En zo is de cirkel voor jullie nu mooi rond.
Oliver Degabrielle: "Exact! Een kleine tien jaar geleden ontdekten we deze muziek dankzij Ethiopiques en nu is volume 30 gewoon ons eigen album! We zijn enorm vereerd dat we deel mogen uitmaken van die prestigieuze reeks."
Paradoxaal genoeg krijgen de meeste Ethiopiërs dit soort muziek vandaag alleen nog te horen wanneer de een of andere westerse band in het land komt optreden.
Oliver Degabrielle: "Ik heb me daar zelf ook over verbaasd, maar ergens begrijp ik het ook wel… Eerst en vooral was er de jarenlange avondklok onder het dictatoriale bewind van Mengistu en de Derg, waardoor veel muzikanten wegtrokken en de hele muziekscene als een pudding ineen zakte. En vandaag lijkt het dan weer alsof de Ethiopiërs enkel nog vooruit willen kijken; voor hen is het verleden het verleden en zij willen nieuwe dingen proberen, ook al klinken die voor ons dan vaak als goedkope synthesizermuziek. Dat gezegd zijnde moet ik er wel nog aan toevoegen dat veel Ethiopiërs nog steeds echt geraakt worden als ze deze muziek horen. Toen wij in Addis moesten spelen, kreeg ik tranen in mijn ogen toen ik merkte dat de mensen in het publiek de teksten bij de nummers die wij instrumentaal speelden woord voor woord meezongen."
Hoe gaan jullie precies tewerk bij het kiezen van de nummers die jullie willen herwerken?
Oliver Degabrielle: "Er is niet echt een bandleider in Akalé Wubé, en persoonlijk vind ik dat net één van de dingen die mij het meest aanspreken in dit project. We vervullen allemaal onze eigen taken. Ik ben bijvoorbeeld degene die zich bezighoud met de communicatie, onze Facebook-pagina en dergelijke. Wat die nummers betreft… Meestal komen we gewoon samen om wat te jammen en in het begin was het meestal een langdurig proces van vallen en opstaan. Ondertussen spelen we echter al zo lang samen, dat we bijna instinctief aanvoelen wat zal werken en wat niet. Het repertoire aan Ethiopische muziek uit die periode is enorm en we zien het als onze missie om tenminste een deel daarvan te laten herleven met onze herinterpretaties. Dat gezegd zijnde bevatten al onze albums ook steeds een aantal eigen composities en dat is een evenwicht dat we ook graag in de toekomst zouden willen behouden, want die oude nummers spelen en een nieuwe draai geven is voor ons net zo bevredigend als zelf nieuw materiaal componeren."
Oliver Degabriele (Bass): "Het verhaal van Akalé Wubé begint een kleine tien jaar geleden toen Paul (Bouclier, red.), onze trompettist, en Etienne (de la Sayette, red.) zowat gelijktijdig deze fascinerende muziek ontdekten. Etienne vroeg er dan Loïc (Réchard, guitar, red.) bij en Paul ging eens polsen bij David (Georgelet, drums, red.). Ik herinner me nog dat ik op een dag een telefoontje kreeg van David, met de mededeling dat ze bezig waren met een project rond Ethiopische muziek en de vraag of ik misschien ook interesse zou hebben. Eerlijk gezegd dacht ik eerst dat het op een grap ging, want ik had niet het minste vermoeden dat die muziek bestond, laat staan hoe het dan wel zou klinken. Hij bleef echter aandringen en bezorgde me niet veel later één van de Ethiopiques compilaties, een reeks die trouwens lange tijd zowat de enige inspiratiebron voor Akalé Wubé zou blijven. Wat de verschillende muzikanten in de band verbindt is dat we allemaal een voorliefde hebben voor de muziek uit de jaren zestig en zeventig van de vorige eeuw. Dat is meteen ook de reden waarom we steeds trachten om zo dicht mogelijk in de buurt te blijven van de originele vibe van de zogenaamde gouden era van de Ethiopische muziek; zo nemen we bijvoorbeeld al onze muziek live op (met alle muzikanten gelijktijdig present in de studio, red.). Langzaam maar zeker zijn we ook authentieke instrumenten als de krar of de washint beginnen te introduceren om zo het palet van onze muziek breder te maken."
De naam van de band haalden jullie bij een nummer van Getatchew Makurya. Sprong hij er tussen al die artiesten op die Ethiopiques-compilaties tussenuit?
Oliver Degabrielle: "Neen, niet echt… Om eerlijk te zijn hebben we voor die naam gekozen omdat hij gewoon goed klonk! (lacht) We zaten op een dag wat te brainstormen in een Ethiopisch restaurant in Parijs omdat we vonden dat het project toch eindelijk een naam moest hebben. We zijn dan door de hele Ethiopiques catalogus gegaan en 'Akalé Wubé' sprong er onmiddellijk uit. In het begin kenden we zelfs de betekenis van de woorden niet, maar toen we daar uiteindelijk toch achter kwamen, waren we er nog meer van overtuigd dat we absoluut de juiste naam voor onze band gekozen hadden. Getatchew heeft natuurlijk een zeer belangrijke rol gespeeld in de ontwikkeling van de Ethiopische muziek, maar destijds keken wij toch iets meer op naar Mulatu Astatke, deels ook omdat zijn muziek instrumentaal is, net zoals het gros van onze nummers."
Was het een bewuste keuze om geen vocalist bij de band te betrekken of eerder een samenloop van omstandigheden?
Oliver Degabrielle: "Een beetje van beide… Wij zijn stuk voor stuk jazzmuzikanten en we hebben er eigenlijk nooit bij stilgestaan dat een vocalist wel eens nuttig zou kunnen zijn. Dus besloten we de hele zaak maar instrumentaal te houden en omdat we in het begin toch vooral op Ethio-jazz focusten viel dat wel mee. De nummers die we interessant vonden, maar waarin toch vocals te horen waren, herwerkten we gewoon. In 2010 kregen we de kans om zelf eens naar Ethiopië te reizen en daar ontdekten we een pak nieuwe muziek en werkten we samen met een aantal lokale muzikanten en vocalisten. Eigenlijk ben ik nog vergeten te vermelden dat we nog kort hebben samengewerkt met Karim Chaya, een Algerijnse zanger. Het klonk zeker niet slecht, maar het resultaat zou ik eerder fusion dan echte Ethiopische muziek noemen. In essentie zijn we vandaag nog steeds een instrumentale band, maar we laten altijd ruimte voor gasten; op 'Sost', ons derde album, was dat Genet (Asefa, red.), en er is net een gans album met Girma Beyene verschenen."
Hoe zijn jullie met een veteraan als Beyene in contact gekomen?
Oliver Degabrielle: "We kenden zijn muziek natuurlijk al uit de Ethiopiques reeks, maar we hadden er geen idee van of hij nog actief was en waar hij tegenwoordig woonde. Francis Falceto, de producent van de Ethiopiques reeks, was ons al een tijdje op de voet aan het volgen en wist dat we openstonden voor samenwerkingsprojecten. Girma was naar de Verenigde Staten verhuisd nadat de Derg midden jaren zeventig van de vorige eeuw de macht gegrepen had in Ethiopië, en had daar al zijn muzikale activiteiten stopgezet. Een paar jaar geleden is hij dan terug naar Ethiopië getrokken en hij had ondertussen al een paar keer terloops aan Francis laten weten dat hij het wel zag zitten om opnieuw de studio in te duiken. Francis dacht daarbij onmiddellijk aan ons en omdat wij die kans natuurlijk niet konden laten passeren lieten we Girma dan ook voor een eenmalig concert overvliegen naar Parijs. We hebben een week samen gerepeteerd en dat werd af en toe erg emotioneel omdat de muziek bij Girma veel herinneringen aan dingen die hij al lang vergeten was. Hij vertelde ons dat veel van zijn nummers eigenlijk liefdesliedjes waren, gericht aan zijn vrouw die ondertussen jammer genoeg overleden was. De geplande show was volledig uitverkocht en de avond werd een knallend succes, dus wij waren het er allemaal roerend over eens dat het verhaal daar niet mocht eindigen. We hebben hem dan opnieuw naar Parijs gehaald om wat studiosessies te doen en die sessies zijn uiteindelijk uitgemond in het ''Mistakes On Purpose' album. Francis Falceto, die de artistieke leider van het project was, was zo onder de indruk van wat hij hoorde, dat hij meteen voorstelde om het album uit te brengen als onderdeel van de Ethiopiques reeks."
En zo is de cirkel voor jullie nu mooi rond.
Oliver Degabrielle: "Exact! Een kleine tien jaar geleden ontdekten we deze muziek dankzij Ethiopiques en nu is volume 30 gewoon ons eigen album! We zijn enorm vereerd dat we deel mogen uitmaken van die prestigieuze reeks."
Paradoxaal genoeg krijgen de meeste Ethiopiërs dit soort muziek vandaag alleen nog te horen wanneer de een of andere westerse band in het land komt optreden.
Oliver Degabrielle: "Ik heb me daar zelf ook over verbaasd, maar ergens begrijp ik het ook wel… Eerst en vooral was er de jarenlange avondklok onder het dictatoriale bewind van Mengistu en de Derg, waardoor veel muzikanten wegtrokken en de hele muziekscene als een pudding ineen zakte. En vandaag lijkt het dan weer alsof de Ethiopiërs enkel nog vooruit willen kijken; voor hen is het verleden het verleden en zij willen nieuwe dingen proberen, ook al klinken die voor ons dan vaak als goedkope synthesizermuziek. Dat gezegd zijnde moet ik er wel nog aan toevoegen dat veel Ethiopiërs nog steeds echt geraakt worden als ze deze muziek horen. Toen wij in Addis moesten spelen, kreeg ik tranen in mijn ogen toen ik merkte dat de mensen in het publiek de teksten bij de nummers die wij instrumentaal speelden woord voor woord meezongen."
Hoe gaan jullie precies tewerk bij het kiezen van de nummers die jullie willen herwerken?
Oliver Degabrielle: "Er is niet echt een bandleider in Akalé Wubé, en persoonlijk vind ik dat net één van de dingen die mij het meest aanspreken in dit project. We vervullen allemaal onze eigen taken. Ik ben bijvoorbeeld degene die zich bezighoud met de communicatie, onze Facebook-pagina en dergelijke. Wat die nummers betreft… Meestal komen we gewoon samen om wat te jammen en in het begin was het meestal een langdurig proces van vallen en opstaan. Ondertussen spelen we echter al zo lang samen, dat we bijna instinctief aanvoelen wat zal werken en wat niet. Het repertoire aan Ethiopische muziek uit die periode is enorm en we zien het als onze missie om tenminste een deel daarvan te laten herleven met onze herinterpretaties. Dat gezegd zijnde bevatten al onze albums ook steeds een aantal eigen composities en dat is een evenwicht dat we ook graag in de toekomst zouden willen behouden, want die oude nummers spelen en een nieuwe draai geven is voor ons net zo bevredigend als zelf nieuw materiaal componeren."