Cameleon festival 2006
Zoals de trouwe tropicalidad-lezer al lang wist, was er op zaterdag het uiterst sympathieke Cameleon festival in Turnhout/Vosselaar. Cameleon is de "opvolger" van het ter ziele gegane maar roemruchte Open Tropen, en aangezien twee derde van de tropicalidad-crew op Open Tropen zaliger de wereldmuziekmicrobe te pakken kreeg, konden we niet anders dan een kijkje gaan nemen. En we zagen dat het goed was. Kleinschalig, prettige sfeer, vriendelijke madammen achter de inkom en de bonnetjes, met liefde getapte pinten in — nog steeds — Open Tropen-herbruikbekers, schoon artwork en een brok fijne muziek. Dat er maar één podium is, maakt het muzikale gebeuren lekker overzichtelijk: je kan werkelijk niks missen, en je hebt tussen de optredens door ruim de tijd voor een drankje, een hapje, een ijsje, een WC-bezoekje, een babbel. Een verademing na zoiets als Couleur Café, waar je voortdurend het gevoel hebt dat je vanalles aan het missen bent... Zelfs het weer was Cameleon goed gezind!Maar goed, genoeg over de fijne sfeer: de hoofdreden waarom Cameleon meer dan geslaagd was, was uiteraard de muziek! De aftrap werd gegeven door Rudy Bitch & The Big Baby Boxers, die zich op jazzy wijze amuseerden en dat meer dan behoorlijk deden. Maar het zittend/hangend/liggend publiek recht krijgen lukte pas toen Savana Station het podium opkwam. De mannen hebben immers al ruimschoots bewezen dat ze een feestje kunnen bouwen (maar onze evaring daarmee moet pre-tropicalidad zijn...) en dat reggae in België wel degelijk hitpotentieel heeft: wie kent Herbsman, Love is a Jungle en Magical Lake niet? Enfin, Savana Station zorgde dus voor een fijne dosis dansmuziek op het grasveld en kreeg daarmee de sfeer erin en een hoop volk recht. Daarna was het aan The Family, dat is Cleo's Family maar dan zonder Cleo (die de band heeft verlaten). Het bleek het eerste optreden van de groep in de huidige bezetting, en de nieuwe zangeres deed flink haar best, maar mij overtuigde de funky soul van het gezelschap niet écht. Fijne muziek voor op de achtergrond, dat wel.
Het hoogtepunt van de dag (voor mij dan toch) kwam echter met de Internationals. Zoals één van mijn broertjes het noemt: ska-ska-ska! Goeie muzikanten (Junior Mthombeni en Thomas De Prins, onovertroffen!), stevige nummers die niet vervelend worden (een steeds op de loer liggend gevaar in het genre) en een brok energie volstonden uiteraard om ook van dit optreden een flink feest te maken — destination: Skatalonia!
De afsluiter kwam van de blijkbaar vanuit Oostenrijk opererende illustere onbekenden Fatima Spar und Die Freedom Fries (je mag raden naar hun politieke overtuiging): een straffe frontmadam die voortdurend zwenkt tussen lieftallig en arrogant, met achter zich een resem degelijke (saaie?) muzikanten. Volgens menige website brengen Fatima en co een combinatie van "drum'n bass-, ska- en jungleritmes met New Orleans swing, gipsy brass en oriëntaalse pop", maar wij hoorden toch vooral de swingelementen vermengd met balkandeuntjes (de "gipsy brass"). Nu ja, wie maalt er om de juiste omschrijving als je staat te dansen? Honderd procent overtuigd was ik niet, zeker omdat de chaos af en toe iets te groot werd, maar toch een waardige afsluiter van een fijn festival.
Afsluiter? Bijna... Want net zoals hij tussen de optredens door al had gedaan, draaide DJ Sugar Charlie aan het einde van de avond nog een paar fijne plaatjes — een vaste waarde op Open Tropen / Cameleon. En hopelijk volgend jaar nog meer van dat in de kempense bossen...