Interview met Lala Njava @ La Porteuse d'Eau

Lala Njava (Sfinks Mixed 2012)La Porteuse d'EauMet haar solodebuut Malagasy Blues Song en haar passage op Sfinks Mixed 2012 had Lala Njava serieus indruk gemaakt op ondergetekende en dan zijn wij natuurlijk onmiddellijk nieuwsgierig naar meer. Gelukkig woont deze Malagassische wereldster gewoon in Brussel en een interview was dan ook snel geregeld!

Lala, mag ik zeggen dat je uit een muzikale familie komt?
Lala Njava: "Absoluut, want ik kom uit een grote familie van vijftien broers en zussen die allemaal op de een of andere manier in de muziek business zitten en bekend staat onder de naam Njava. De eerste generatie trad al in de jaren zeventig van de vorige eeuw op toen we nog allemaal in Madagaskar woonden. Ik maak zelf deel uit van de tweede generatie; samen met mijn broers Dozzy, Pata en Maximin en mijn zus Monika richtten we Njava op, een band waarmee we twee albums opnamen voor EMI (Vetse, 1999 en Source, 2005, red.). Zelfs mijn ouders hebben elkaar leren kennen dankzij de muziek: mijn moeder was koorzangeres en mijn vader was straatkomiek. We waren een erg arme familie, maar dankzij de muziek hebben we altijd kunnen overleven."

De band die door je broers en zussen van de eerste generatie opgericht werd heette Lucka-Razah en is in Europa een stuk minder bekend dan Njava. Verschilden beide bands op muzikaal vlak veel van elkaar?
Lala Njava: "Toch wel, want Lucka-Razah bracht vooral popmuziek, terwijl we met Njava toch eerder op de traditionele muziek van Madagaskar focussen. Lucka-Razah was vrij populair in Madagaskar en zowat elk weekend moesten ze wel ergens spelen."

Aan de basis van de muziek van Njava ligt de zogenaamde antsa traditie.
Lala Njava: "Antsa is een vocale stijl uit het zuidwesten van Madagaskar waarbij steeds twee stemmen centraal staan. Mijn familie komt eigenlijk uit het zuidoosten van Madagaskar, maar omdat het een regio was die regelmatig af te rekenen had met zware cyclonen, zijn mijn ouders verhuisd en groeiden wij op in het zuidwesten van het eiland. Traditioneel wordt de antsa stijl enkel gebruikt in welbepaalde omstandigheden zoals ceremoniën of begrafenissen. Voor Njava hebben we echter dezelfde vocale technieken gebruikt waarbij mijn zus Monika en ikzelf de zangpartijen voor onze rekening namen."

Als muzikale invloeden citeer je onder andere Miriam Makeba, maar ook een zekere Mama Sana.
Lala Njava: "Mama Sana was onze buurvrouw in Madagaskar. Het was een geweldige indrukwekkende vrouw met een gouden stem die alom gezocht en geprezen werd. Zij heeft ons leren zingen en ons het verschil bijgebracht tussen de antsa en beko tradities. Ik beschouw de tijd die ik met haar doorbracht nog steeds als mijn tijd aan het conservatorium."

Zoals veel Afrikanen zijn jij en je familie uiteindelijk in Europa terecht gekomen.
Lala Njava: "We zijn naar Europa gekomen toen we in 1992 de prix découverte van RFI wonnen. Niet veel daarna werden we uitgenodigd om op WOMEX te spelen en daar werden we ontdekt door de grote spelers op de muziekmarkt zoals EMI die ons uiteindelijk een contract aanboden."

Met Malagasy Blues Song stel je nu je eerste soloalbum voor waarvoor je toch weer de hulp van je broers kreeg. Bestaat Njava ondertussen nog?
Lala Njava: "Wees gerust, Njava bestaat nog steeds, maar op het moment vertellen de verschillende leden van de band gewoon elk hun verhaal: mijn twee broers, Maximin en Pata spelen bij Suarez, mijn zus Monika interpreteert de Malagassische muziek op haar eigen jazzy manier en met Malagasy Blues Song heb in nu ook de kans gekregen om iets meer over mijn verleden, mijn hoop en wanhoop en mijn gelukkige jeugd in Madagascar te vertellen. Eigenlijk ligt er al een nieuw Njava album klaar, maar op dit moment willen we ons allemaal nog even op onze individuele projecten concentreren. Heel de tijd met je eigen familie werken is niet evident en we hadden allemaal wat ademruimte nodig! (lacht)"

Als er één nummer op Malagasy Blues Song staat dat iedereen zal herkennen is het wel Sweet Lullaby, destijds een monsterhit voor Deep Forest.
Lala Njava: "Het is een van oorsprong Indisch nummer dat ik zwaar herwerkt heb in de periode dat ik met Deep Forest samenwerkte. Het is een nummer dat veel voor mij betekent, want het gaf me de gelegenheid om mijn muzikale horizonten te verkennen en verruimen. Ik heb er altijd al van gedroomd om er een akoestische versie van op te nemen. Het nummer gaat over een moeder die zingt om haar kind in slaap te wiegen en deed me altijd terugdenken aan mijn eigen kindertijd: we hadden vaak te weinig te eten en om ons onze honger te laten vergeten en ons snel in slaap te laten vallen vertelde mijn vader dan maar verhaaltjes."

Hasosora, een nummer over de gevolgen van polygamische huwelijken in Madagaskar, is vrij persoonlijk, want je droeg het op aan je overleden zus.
Lala Njava: "Ik heb dat nummer inderdaad aan mijn in 2003 overleden zus Pascaline opgedragen. Gevangen in een polygamisch huwelijk met een man die haar zeer slecht behandelde, denk ik niet dat zij ooit echt gelukkig geweest is. Haar verdriet heeft haar uiteindelijk in de armen van de dood gedreven. Met Hasosora wil ik met uitspreken tegen de polygamie die in Madagaskar nog steeds wijdverspreid is, maar waarover men het blijkbaar liever niet heeft."

De naam van Régis Gizavo, een wereldwijd gerespecteerde Malagassische muzikant, prijkt overduidelijk op de rugzijde van Malagasy Blues Song. Vond je het belangrijk om hem bij dit project te betrekken?
Lala Njava: "Ja, natuurlijk! We zijn beiden in dezelfde wijk van Tuléar opgegroeid, dus we kennen elkaar al heel lang en hebben al ontelbare keren samen op het podium gestaan. Régis maakt deel uit van mijn geschiedenis, van mijn muzikale parcours. Ik wilde hem dan ook absoluut bij dit project betrekken en gelukkig heeft hij meteen toegestemd."

Met je zussen Monika en Nicole heb je de non-profit organisatie Dames d’Amour opgericht.
Lala Njava: "We hebben die organisatie opgericht na een bezoek aan het geboortedorp van onze moeder in 2003. In het dorp zag ik voortdurend vrouwen voorbijkomen die met gebogen hoofd voorbij schreden en iets droegen in gevlochten manden. Al snel kwam ik tot de schokkende vaststelling dat die vrouwen hun overleden kinderen gingen begraven. Die schandelijke situatie was voor mijn zussen en mezelf voor een ware ontnuchtering en lag aan de basis van de oprichting van Dames d’Amour. De vrouwen in het dorp hebben heel wat talenten, maar het ontbreekt hen aan de middelen om het materiaal aan te schaffen dat ze nodig hebben. Met de organisatie voorzien wij hun nu van de nodige basismaterialen en nadien kopen we de afgewerkte producten - kledij, speelgoed, manden - terug op om ze in Europa te verkopen. Daarnaast hebben we in het dorp ook al enkele waterputten laten graven om zo te proberen de kindersterfte in het dorp wat terug te drinken door voor proper drinkwater te zorgen. Het weinige dat wij kunnen doen betekent ginder een hele hoop."

Zoals verschillende andere Malagassische artiesten zet jij je ook in tegen de ontbossing van Madagaskar door de organisatie Kiem Des Levens te steunen. Hoe los je een probleem op dat grotendeels wordt veroorzaakt door een manier van leven die al eeuwen van generatie op generatie wordt doorgegeven?
Lala Njava: "Het probleem van de ontbossing in Madagaskar mag zeker niet onderschat worden. Zoals je al aangaf ligt de levenswijze van de arme boeren die delen van het woud blijven kappen en afbranden (hakken en branden of brandlandbouw is een methode in de zwerflandbouw om een stuk woeste grond te ontginnen. Aangezien dood hout beter brandt dan levend hout, worden bomen gedood door er diepe inkepingen in te hakken, vaak aan het begin van het droge seizoen. Enige maanden later worden deze bomen afgebrand, waarna het land enkele jaren gebruikt kan worden voor landbouw tot het door onkruid overwoekerd raakt en men overgaat naar een ander stuk land, red.) om er wat gewassen te telen om van te overleven, grotendeels aan de basis van het probleem. De houtindustrie, die Madagaskar blijft zien als één grote voorraadkamer, is echter een even groot probleem. Kiem Des Levens is een organisatie die proactief werkt, maar ook al miljoenen boompjes heeft aangeplant; het is een NGO die echt het verschil maakt in Madagaskar. We mogen niet uit het oog verliezen dat met de wouden ook talloze planten- en diersoorten op het punt staan om voorgoed te verdwijnen en aangezien Madagaskar een unieke flora en fauna heeft is dat toch echt iets dat we ten allen koste moeten voorkomen. De wouden zijn he kloppende hart van Madagaskar en we moeten er alles aan doen om te voorkomen dat het stopt met kloppen!"

reacties


Reactie
Je kan gebruik maken van Emoticons en Textile-opmaak.
Naam E-mail (wordt niet gepubliceerd) Website (optioneel)
spamquiz: Wat zijn de eerste twee letters van tropicalidad.be?