Interview met Gotan Project in de AB

Gotan Project (Couleur Café 2007)Anciènne BelgiqueCristoph H. Müller, Eduardo Makaroff en Philppe Cohen Solal hebben met Gotan Project eigenhandig voor de heropleving van de tangocultuur gezorgd. Zoals de titel van hun laatste album, Tango 3.0, al aangeeft, zijn ze ondertussen al aan hun derde studio-album toe en ook dat is weer a joy to the senses geworden. Voor hun uitverkochte show in de Brusselse AB vonden de drie heren nog de tijd om ons uitgebreid te woord te staan.

Christoph, jullie hebben jullie nieuwe album Tango 3.0 genoemd. Het is natuurlijk het derde album van Gotan Project, maar tegelijk een knipoog naar de wereld van de computerprogramma's. Hoe of waar kreeg de sound van Gotan een upgrade?
Christoph H. Müller: "We wilden met die naam vooral het vervolg van ons avontuur aangeven andere dingen proberen en nog verder gaan in onze tango-experimenten. De naam Tango 3.0 is ontsproten uit het idee om iets oud, de tango, te koppelen aan de toekomst van het web — we gebruiken nu versie 2.0 en op een dag zal dat 3.0 worden — en staat symbool voor onze ambitie om de tango verder te laten evolueren."

Je samenwerking met Philippe (Cohen Solal, red.) begon met de oprichting van het label ¡Ya Basta!, wat zoveel wil zeggen als: "Zo is het wel genoeg geweest!". Dat klinkt als een strijdkreet.
Christoph H. Müller: "Wel, in die periode had Philippe net het gelijknamige boek van subcommandante Marcos (Rafael Guillen Vicente, bekend als "subcommandante Marco" is de voornaamste leider en woordvoerder van het EZLN, een gewapende Mexicaanse verzetsbeweging die voornamelijk actief is in Chiapas. Blank en van Spaanse origine, zwoor hij zich in te zetten voor de autochtone bevolking van Mexico en te strijden tegen sociale onderdrukking; een strijd die hem ook in contact bracht met de antiglobalistische beweging, red.) gelezen en hij was gefascineerd geraakt door het personage; maar tegelijk was die naam onze commentaar op wat er toentertijd gaande was in de wereld van de elektronische muziek en meerbepaald de housescene. Dat genre was langzaamaan in inspiratieloze formulemuziek veranderd. Wij hadden echt zin om wat anders te doen en dus hebben we gezegd: "Zo is het genoeg geweest!" en ons eigen label ¡Ya Basta! Opgericht met als doelstelling het mixen van elektronische muziek met diverse andere invloeden, zoals we bijvoorbeeld deden met The Boyz From Brazil."

The Boyz From Brazil was vrij succesvol, zelfs Coca Cola heeft op een bepaald moment een van jullie nummers gebruikt voor een reclamespot, waarom dan toch die plotse overstap van Braziliaanse ritmes naar de Argentijnse tango?
Christoph H. Müller: "Dat is eigenlijk allemaal begonnen nadat we Eduardo (Makaroff, red.) leerden kennen. Als in Parijs levende Argentijn was hij al een tijdje op zoek naar een manier om de tango verder te ontwikkelen en zo is hij op een dag de studio van ¡Ya Basta! Binnengestapt. Ik was al wel vertrouwd met het werk van Astor Piazzolla (Astor Piazzolla, geboren op 11 maart 1921 in Mar del Plata en overleden op 4 juli 1992 in Buenos Aires, was een Argentijnse bandeonist en componist. Hij wordt beschouwd als de belangrijkste tangomuzikant van de tweede helft van de twintigste eeuw, red. ) van wie ik een grote fan was, maar de echte Argentijnse tango kende ik eigenlijk nog niet. Het was vooral het feit dat we eigenlijk vanaf nul konden beginnen, dat ik wel intrigerend vond. Niemand had zich hier al ooit aan gewaagd en dus stonden we voor een heuse muzikale uitdaging. In vergelijking met de Braziliaanse ritmes die we tot dan toe gebruikt hadden en die eerder een binaire simpele structuur hadden, was de tango moeilijker toegankelijk en veel gevarieerder."

Was die bandnaam ontleend aan de film met dezelfde titel ("The Boys From Brazil", Franklin J. Schaffner, 1978, red.)?
Christoph H. Müller: "Ja, absoluut, een minder bekende film uit de jaren zeventig, maar de naam verwees ook naar het feit dat wij twee kerels waren die zich bezighielden met Braziliaanse ritmes."

Werken jullie zowel op het podium als in de studio met dezelfde groep van muzikanten?
Christoph H. Müller: "De basis van Gotan Project zijn drie heren die de muziek bedenken en componeren, maar daarnaast werken we met een soort vaste equipe van muzikanten: Nini Flores op bandoneon, Gustavo Beytelmann op piano en natuurlijk Cristina Vilallonga, de stem van Gotan. Wat misschien wel wat vreemd is, is dat zij nooit mee op tournee komen, dus voor onze liveshows werken we met een volledig ander team van muzikanten. Er is een groot verschil tussen studio- en livewerk en het was dan ook een grote uitdaging om van Gotan Project, dat oorspronkelijk enkel een studioproject was, ook een volwaardige live act te maken. We hebben er al snel voor gekozen om van onze concerten echte shows te maken met videoprojecties, een scenografie en aangepaste kleding en ik denk dat ik mag zeggen dat we in ons opzet geslaagd zijn, want tegenwoordig hebben onze live shows een zekere reputatie."

Is die visuele kant van jullie shows eerder iets wat bij de tangomuziek past of veeleer een uitdrukking van jullie persoonlijkheden?
Christoph H. Müller: "Een beetje van beide. Tangomuziek heeft sowieso al een zeker visueel aspect en aangezien wij alle drie gek zijn op filmmuziek - we hebben trouwens allemaal al meegewerkt aan filmprojecten - wilden we dat visuele element ook integreren in de muziek van Gotan. Daarnaast werken we ook nog samen met Prisca Lobjoy, een artieste die zich onder andere bezig houdt met het ontwerp van onze albumhoezen en de videoprojecties die we gebruiken tijdens onze liveshows."

Eduardo, waar vond de zin voor etiquette en stijl in de tango zijn oorsprong?
Eduardo Makaroff: "De tango is ontstaan in de buitenwijken van Buenos Aires en Montevideo. Een beetje zoals de hiphop en rap, is ook de tango eerst een tijdje een undergroundfenomeen geweest, maar al heel snel werd het de belangrijkste vorm van culturele expressie in Argentinië. In het begin van de twintigste eeuw is de tango vanuit Buenos Aires geëxporteerd naar Parijs waar het in korte tijd een echte hype werd. Die bijna heiligverklaring in het buitenland zorgde ook voor een heropleving van het genre in Argentinië en zo werd het de officiële muziekstijl van het land. Een zeer belangrijke figuur in die hele ontwikkeling was Carlos Gardel, zowat de Argentijnse versie van Frank Sinatra. In het begin van zijn carrière, in de jaren tien en twintig, ging hij steeds gekleed als een soort luxe gaucho (met de term "gaucho" worden de veehoeders op Zuid-Amerikaanse pampa's bedoeld. Het woord zou een verbastering zijn van het Quechua woord "huacchu" wat zoveel wil zeggen als "wees" of "eenzaat" of van het zigeunerwoord "gacho" dat "boer" of "geliefde" betekent, red. ) en ik denk dat het misschien deels daardoor was dat de Argentijnen al snel het imago kregen gefortuneerd elegante heren te zijn. Daarbovenop heeft Argentinië in vergelijking met veel andere landen in Zuid-Amerika een heel grote middenklasse."

In vergelijking met veel andere Latijns-Amerikaanse muziekgenres is de tango een stuk minder feestelijk. Hebben de Argentijnen een andere mentaliteit dan andere latino's?
Eduardo Makaroff: "Ja, en ik denk dat het feit dat het Argentijnse volk ontstaan is uit een mix van immigranten uit heel Europa daar in grote mate aan bijgedragen heeft. Men noemt Buenos Aires trouwens ook wel eens "het Parijs van Latijns-Amerika". We hebben echter ook onze eigen feestmuziek in Argentinië, carnavalsmuziek die murga heet (In de murga worden disciplines als muziek, theater en dans gecombineerd. Het genre ontstond in de regio van de Rio de la Plata, het grensgebied tussen Uruguay en Argentinië. Hoewel de murga zwarte wortels heeft, is het vooral een fusie van elementen uit verschillende culturen, red.). Persoonlijk vind ik de tango niet echt een triest genre, maar het is muziek zonder percussie en met een eerder nostalgisch en sentimenteel karakter, eigenschappen die je ook bij de meeste Argentijnen zult terugvinden."

In het nummer Rayuela, gebruiken jullie dichtregels van de Argentijnse schrijver Julio Cortazar.
Philippe Cohen Solal: "Julio Cortazar is een van de belangrijkste Argentijnse schrijvers. Hij werd trouwens hier in Brussel geboren en heeft lange tijd in Parijs gewoond in een straat, de Rue Marter nr. 4 om precies te zijn, waar ook Gotan Project ontstaan is. Met het nummer wilden we hem graag een hommage brengen. Met Gotan Project proberen we steeds om het ook over zaken rond de tango te hebben zoals de geschiedenis van Argentinië, haar cultuur enzovoort. In zijn boek "Rayuela" (het hinkspel, red.) daagt hij de lezer om elk hoofdstuk op een andere manier te lezen."

Christophe, recentelijk heb jij meegewerkt aan de soundtrack van de film "El Gaucho". Daarvoor heb je vooral gewerkt met Argentijnse muziekgenres als de milonga en zamba (De milonga is grofweg onder te verdelen in de milonga campera, van het platteland, en de milonga urbana, van de stad, waarbij uit de laatste de tango is ontstaan en volgens een studie van de Argentijnse etnomusicoloog Quintín Quintana was de milonga van oorsprong een interpretatie van de candombe, zoals gespeeld door de negers die leefden op het land in Brazilië, in de 18e eeuw, door de gaucho's, aanvankelijk gespeeld op vihuela's en later op gitaar. De zamba is dan weer een muziek- en danssoort die oorspronkelijk uit de creoolse gemeenschap in Peru komt. Zamba wordt in driekwartsmaat gespeeld meestal op de vihuela en de bombo leguëro, een Argentijns trommel, red.). Verschillen die veel van hun bekendere broertje, de tango?
Christoph H. Müller: "Ja, toch wel, de ritmes zijn totaal verschillend. De film speelt zich af in het zuiden van Argentinië, in Patagonie, en volgt het leven van een gaucho die met zijn zoon van dorp naar dorp reist om deel te nemen aan rodeowedstrijden. De muziek begeleidt zijn reis en is gebaseerd op folkloristische ritmes uit het Argentijnse platteland."
Eduardo Makaroff: "In de Argentijnse folkloristische muziek gebruikt men voor de gitaar of de vihuela (oud oorspronkelijk Spaans instrument dat verwant is aan de renaissance luit en niet aan de gitaar, red.), die destijds geïmporteerd werd door de Spanjaarden. De Argentijnse folk is op dit moment in volle heropleving."

Uit nummers als Mil Milliones blijkt ook een beïnvloeding door Jamaicaanse muziekgenres als reggae en dub.
Philippe Cohen Solal: "Christophe en ik komen allebei uit de wereld van de elektronische muziek en dub is een genre dat ons al jaren fascineert. De dub werd oorspronkelijk uitgevonden door mensen als Lee 'Scratch' Perry, maar werd daarna vooral verder ontwikkeld in het Verenigd Koninkrijk. In een nummer als Mil Milliones laten die dub-effecten ons toe om stiltes in onze muziek te creëren; dat nummer was aanvankelijk beladen met arrangementen en wij waren allesbehalve tevreden met het resultaat, zozeer zelfs dat we het nummer bijna niet op het album gezet hebben. Op het allerlaatste moment zijn we beginnen spelen met echo's en stiltes — de principes van de dub — en zo s Mil Milliones uiteindelijk uitgegroeid tot een van onze favoriete nummers op het album. Dat is nog meer zo wat de live-versie betreft, want we reproduceren die effecten dan live en dat voegt echt een extra dimensie toe. Toen we nog maar pas samenwerkten, probeerden we een nummer van Astor Piazzola, Vuelve Al Sur, te combineren met elektronische elementen, maar het resultaat leek nergens naar; er ontbrak iets en het was pas toen we met dub zijn beginnen experimenteren dat de sound van Gotan Project echt geboren werd."

Als men het heeft over de instrumentatie die bij tango gebruikt wordt, spreekt men nooit van een accordeon, maar wel over een bandoneon.
Christophe H. Müller: "Ja, ook al zijn het twee instrumenten uit dezelfde familie, toch zijn ze heel verschillend. De bandoneon is ontstaan in Duitsland en werd in Argentinië ingevoerd door matrozen. Aanvankelijk moest het instrument vooral dienen als vervanging voor het kerkorgel in afgelegen parochies die niet genoeg geld hadden om zich een orgel te veroorloven. Het is een instrument waarop je zeer complexe muziekstukken kunt spelen. De bandoneon is een diatonisch instrument, wat wil zeggen dat iedere toets twee tonen heeft naargelang het instrument blaast of zuigt en de aparte klank komt vooral door de vorm en de klankkast."

Je werkt ook mee aan een project dat totaal verschilt van wat je met Gotan Project doet, het rond Afro-Peruviaanse muziek draaiende Radio Kijada. Hoe heb je die nog vrij onbekende muziek ontdekt?
Christophe H. Müller: "Dat was eigenlijk eerder toevallig. Een van mijn vrienden in Parijs is een Peruviaanse muzikant en uit onze ontmoetingen is langzaamaan dit project gegroeid. Ik had het genre al eerder leren kennen op een compilatie van David Byrne (Afro-Peruvian Classics: The Soul of Black Peru, Luaka Bop, 2005) en ik was onmiddellijk gefascineerd door de percussieritmes. Mijn partner bij Radio Kijada, Rudolfo Munoz, is percussionist en deze muziek is vrij ongewoon omdat ze niet binair maar tertiair van opbouw is. Het is ook een muzieksoort die wat in de tijd is blijven steken en geworteld is in voorouderlijke tradities. Geografisch gezien is het de muziek van de Peruviaanse kust en de erfenis van de zwarte slaven."

Naast de muziek kent de tango natuurlijk ook een hele danstraditie. Hebben televisieprogramma's als het Engelse Strictly Come Dancing de tango opnieuw populair gemaakt?
Philippe Cohen Solal: "Gotan Project heeft de tango opnieuw in het spotlight geplaatst, dat staat vast en met ons eerste album, La Revancha Del Tango, wilden we ons publiek ook absoluut aan het dansen krijgen. Wat het stijldansen betreft denk ik dat er na jaren van clubs en discotheken, waar dansen toch eerder een individueel gegeven was, terug een verlangen ontstond om het lichamelijke contact terug te vinden. Het is een heel jong publiek dat interesse toont en het is een gegeven dat jongeren gaan reageren tegen wat hun voorgangers gedaan hebben."

De tango is geen gemakkelijke dans. Kunnen jullie je uit de slag trekken op de dansvloer?
Philippe Cohen Solal: "Aangezien dit een geschreven interview is ga je me toch niet vragen om het eens voor te doen, dus zal ik maar antwoorden dat ik een fantastische danser ben! (lacht) Neen, spijtig genoeg kan ik geen tango dansen, Christophe evenmin en Eduardo slechts een klein beetje. Het is een dans die je echt onder de knie moet hebben; je doet het fatsoenlijk of je doet het niet. Wij concentreren ons liever op de muziek, mar we houden van de dans en elke keer als we op een milonga (de naam wordt ook gebruikt voor het aanduiden van gelegenheden waar tango en milonga wordt gedanst, red.) weer al die mooie meisjes zien zitten hebben we spijt dat we het niet kunnen. (lacht)"

reacties


Reactie
Je kan gebruik maken van Emoticons en Textile-opmaak.
Naam E-mail (wordt niet gepubliceerd) Website (optioneel)
spamquiz: Wat zijn de eerste twee letters van tropicalidad.be?