Interview met Orishas @ Couleur Café
Orishas zijn de godfathers van de latin hiphop en ook al is de band tijdelijk gereduceerd tot een duo, Ruzzo en Roldan hebben het succes niet naar hun hoofd laten stijgen en nodigden uw dienaar uit voor een leuke babbel op Couleur Café bij een glaasje — hoe kan het anders — Cubaanse rum!Ruzzo, Roldan, voor Orishas waren jullie al actief bij groepen als Amenaza en Rico Son. Vertel eens wat meer over die periode.
Hiram Riverí Medina aka. Ruzzo: "Amenaza, opgericht in 1995, was een pioniersgroep in de Cubaanse hiphop-scene."
In die periode werden rap en hiphop in Cuba toch nog beschouwd als subversief, neen?
Ruzzo: "Absoluut, ja, maar niet alleen rap en hiphop, eigenlijk gold dat voor alle westerse muziek. Het is pas toen er in Cuba zelf een aantal hiphop bands werden gevormd, zoals Amenaza, dat het tij langzaam begon te keren. Wij gebruikten rap als medium om kritiek te leveren op het overheidsapparaat, maar altijd met de nodige humor en veel dubbelzinnigheden in onze teksten (hoewel de Cubaanse hiphop-scene initieel de grenzen van de Cubaanse vrijheid van meningsuiting aftastte, wordt het genre ondertussen ondersteund door de overheid die daarvoor het Agencia Cubana de Rap oprichtte; een organisatie die onder andere een eigen platenlabel runt en een hiphopmagazine uitgeeft, red.). Een beetje tot onze eigen verbazing hebben we langzaamaan het respect en de steun van de overheid in Havanna gewonnen en uiteindelijk hebben we met Amenaza getriomfeerd op het Festival de Rap Cubano de Alamar, een hiphopfestival dat onder andere georganiseerd werd door Nehanda Abiodun, led van Republic of New Afrika, een organisatie die nauwe banden had met de Black Panthers."
Roldan, jij komt uit een heel ander muzikaal milieu, want je werd al van jongs af aan ingewijd in de traditionele Cubaanse muziek.
Roldán González Rivero aka. Roldan: "Dat klopt, ja. Om te beginnen is Cuba een zeer muzikaal land waar je al op heel jonge leeftijd leert dansen, zingen en muziek spelen. Persoonlijk werd ik daarin sterk beďnvloed door mijn vader die zelf zong en gitaar speelde en een prachtige stem had. Ik ben zelf op achtjarige leeftijd beginnen zingen, toen nog louter thuis of op school samen met enkele vrienden. Uiteindelijk heb ik acht jaar lang klassieke gitaar gestudeerd en in die periode ben ik ook bij verschillende groepjes beginnen zingen. Toen ik uit Cuba vertrok, was ik actief bij een band die Rico Son heette. Tijdens een Europese tournee met die groep besloot ik in Frankrijk te blijven en enkele jaren later ben ik dan Ruzzo tegen het lijf gelopen. In die periode kende ik nog helemaal niets van hiphop want ik was altijd met traditionele Cubaanse muziek bezig geweest. Ruzzo en ik hebben elkaar per toeval leren kennen in een nachtclub in Parijs."
Ruzzo: "Ik ben in Parijs beland toen we met Amenaza deelnamen aan Festival XXL, een hiphopfestival in Bobigny. 's Avonds gingen we vaak uit in La Coupole, destijds een hippe club waar vaak Latijns-Amerikaanse muziek werd gedraaid."
Roldan: "Toen we begonnen met Orishas hebben we eerst wat geëxperimenteerd om te kijken wat wel en wat niet zou werken; traditionele Cubaanse ritmes mixen met rap was toen nog volledig nieuw en onbekend terrein. We hadden nog geen platenfirma, maar toch zijn we vol enthousiasme en met veel energie aan ons eerste album begonnen. Al heel snel hadden we in de gaten dat we echt wel vernieuwend bezig waren. Persoonlijk was ik in het begin niet helemaal overtuigd van het potentieel van een project als Orishas - zoals gezegd, ik kende niets van hiphop - maar ik heb heel snel moeten inzien dat we wel degelijk met iets geweldigs bezig waren."
Terugkijkend lijkt het nadat jullie tekenden bij EMI allemaal heel snel te zijn gegaan.
Roldan: "Maak daar maar gerust "te snel" van! Je moet je realiseren dat wij uit Cuba kwamen, een land dat tegenwoordig meer een soort openluchtmuseum is en dat we totaal niet wisten hoe het muziekwereldje hier in Europa in elkaar stak. In Cuba is het vrij moeilijk om door te breken als muzikant omdat zowat iedereen er muziek maakt; bovendien wordt je er als hiphopper nog steeds wat scheef bekeken. Die eerste drie jaar met Orishas leek het dan ook alsof we in een soort alternatieve dimensie terechtgekomen waren."
Wie in de band is met de naam Orishas op de proppen gekomen en waarom?
Roldan: "In de Afro-Cubaanse religie (In de Spaanse koloniën was het de slaven verboden hun traditionele religie te behouden en de Spanjaarden dwongen de slaven om zich te bekeren tot het Rooms-Katholicisme. Om toch vast te kunnen houden aan hun eigen religie, begonnen de slaven hun belangrijkste god die zij als schepper beschouwden - Olorun of Olodumare - te identificeren met God, en geesten en andere bovennatuurlijke wezens - Orishas - te identificeren met engelen en katholieke heiligen. Deze religie die voornamelijk in Cuba, Colombia en Venezuela terug te vinden is, staat bekend als Santeria, red.) zijn Orishas halfgoden."
Ruzzo: "We hebben die naam als groepsnaam gekozen omdat het een typisch Cubaans fenomeen is en tegelijk refereert naar de Afrikaanse wortels van de Cubaanse cultuur. Het leek ons bovendien wel grappig om onszelf te presenteren als muzikale halfgoden (lacht)."
Hiram Riverí Medina aka. Ruzzo: "Amenaza, opgericht in 1995, was een pioniersgroep in de Cubaanse hiphop-scene."
In die periode werden rap en hiphop in Cuba toch nog beschouwd als subversief, neen?
Ruzzo: "Absoluut, ja, maar niet alleen rap en hiphop, eigenlijk gold dat voor alle westerse muziek. Het is pas toen er in Cuba zelf een aantal hiphop bands werden gevormd, zoals Amenaza, dat het tij langzaam begon te keren. Wij gebruikten rap als medium om kritiek te leveren op het overheidsapparaat, maar altijd met de nodige humor en veel dubbelzinnigheden in onze teksten (hoewel de Cubaanse hiphop-scene initieel de grenzen van de Cubaanse vrijheid van meningsuiting aftastte, wordt het genre ondertussen ondersteund door de overheid die daarvoor het Agencia Cubana de Rap oprichtte; een organisatie die onder andere een eigen platenlabel runt en een hiphopmagazine uitgeeft, red.). Een beetje tot onze eigen verbazing hebben we langzaamaan het respect en de steun van de overheid in Havanna gewonnen en uiteindelijk hebben we met Amenaza getriomfeerd op het Festival de Rap Cubano de Alamar, een hiphopfestival dat onder andere georganiseerd werd door Nehanda Abiodun, led van Republic of New Afrika, een organisatie die nauwe banden had met de Black Panthers."
Roldan, jij komt uit een heel ander muzikaal milieu, want je werd al van jongs af aan ingewijd in de traditionele Cubaanse muziek.
Roldán González Rivero aka. Roldan: "Dat klopt, ja. Om te beginnen is Cuba een zeer muzikaal land waar je al op heel jonge leeftijd leert dansen, zingen en muziek spelen. Persoonlijk werd ik daarin sterk beďnvloed door mijn vader die zelf zong en gitaar speelde en een prachtige stem had. Ik ben zelf op achtjarige leeftijd beginnen zingen, toen nog louter thuis of op school samen met enkele vrienden. Uiteindelijk heb ik acht jaar lang klassieke gitaar gestudeerd en in die periode ben ik ook bij verschillende groepjes beginnen zingen. Toen ik uit Cuba vertrok, was ik actief bij een band die Rico Son heette. Tijdens een Europese tournee met die groep besloot ik in Frankrijk te blijven en enkele jaren later ben ik dan Ruzzo tegen het lijf gelopen. In die periode kende ik nog helemaal niets van hiphop want ik was altijd met traditionele Cubaanse muziek bezig geweest. Ruzzo en ik hebben elkaar per toeval leren kennen in een nachtclub in Parijs."
Ruzzo: "Ik ben in Parijs beland toen we met Amenaza deelnamen aan Festival XXL, een hiphopfestival in Bobigny. 's Avonds gingen we vaak uit in La Coupole, destijds een hippe club waar vaak Latijns-Amerikaanse muziek werd gedraaid."
Roldan: "Toen we begonnen met Orishas hebben we eerst wat geëxperimenteerd om te kijken wat wel en wat niet zou werken; traditionele Cubaanse ritmes mixen met rap was toen nog volledig nieuw en onbekend terrein. We hadden nog geen platenfirma, maar toch zijn we vol enthousiasme en met veel energie aan ons eerste album begonnen. Al heel snel hadden we in de gaten dat we echt wel vernieuwend bezig waren. Persoonlijk was ik in het begin niet helemaal overtuigd van het potentieel van een project als Orishas - zoals gezegd, ik kende niets van hiphop - maar ik heb heel snel moeten inzien dat we wel degelijk met iets geweldigs bezig waren."
Terugkijkend lijkt het nadat jullie tekenden bij EMI allemaal heel snel te zijn gegaan.
Roldan: "Maak daar maar gerust "te snel" van! Je moet je realiseren dat wij uit Cuba kwamen, een land dat tegenwoordig meer een soort openluchtmuseum is en dat we totaal niet wisten hoe het muziekwereldje hier in Europa in elkaar stak. In Cuba is het vrij moeilijk om door te breken als muzikant omdat zowat iedereen er muziek maakt; bovendien wordt je er als hiphopper nog steeds wat scheef bekeken. Die eerste drie jaar met Orishas leek het dan ook alsof we in een soort alternatieve dimensie terechtgekomen waren."
Wie in de band is met de naam Orishas op de proppen gekomen en waarom?
Roldan: "In de Afro-Cubaanse religie (In de Spaanse koloniën was het de slaven verboden hun traditionele religie te behouden en de Spanjaarden dwongen de slaven om zich te bekeren tot het Rooms-Katholicisme. Om toch vast te kunnen houden aan hun eigen religie, begonnen de slaven hun belangrijkste god die zij als schepper beschouwden - Olorun of Olodumare - te identificeren met God, en geesten en andere bovennatuurlijke wezens - Orishas - te identificeren met engelen en katholieke heiligen. Deze religie die voornamelijk in Cuba, Colombia en Venezuela terug te vinden is, staat bekend als Santeria, red.) zijn Orishas halfgoden."
Ruzzo: "We hebben die naam als groepsnaam gekozen omdat het een typisch Cubaans fenomeen is en tegelijk refereert naar de Afrikaanse wortels van de Cubaanse cultuur. Het leek ons bovendien wel grappig om onszelf te presenteren als muzikale halfgoden (lacht)."