Interview met Dub Colossus @ Reggae Geel
Nick 'Dubulah' Page, de drijvende kracht achter Dub Colossus had de afgelopen jaren af te rekenen met serieuze gezondheidsproblemen en dus werd het noodgedwongen wat stil rond zijn muzikale hobbyproject. Met Dr Strangedub, Or How I Learned To Stop Worrying And Dub The Bomb staat Dub Colossus er nu echter weer helemaal. Hoog tijd dus voor een diepgaand gesprek over deze fascinerende Jamaicaans-Engels-Ethiopische kruisbestuiving!Nick, voor Dub Colossus was er al Transglobal Underground, maar zelfs dat was verre van jouw eerste demarche in de muziek business.
Nick Page aka. Dubulah: "Klopt… Ik denk dat ik ondertussen al zowat dertig jaar bezig ben. Maar als ik terugkijk op die eerste tien jaar, dan blijft Transglobal Underground toch het project dat me nog steeds het nauwste aan het hart ligt. De eerste professionele band waar ik deel van uitmaakte heette Bumble & The Beez, waarin ook Mykaell Riley (vocals & percussie), Winston Blissett (bas), die daarna bij Massive Attack ging spelen, en nog twee andere kerels (Dan Lee - gitaar, Simon Walker - viool & keyboard, red.) actief waren. Ik moet destijds amper 18 jaar oud geweest zijn denk ik."
Mykaell Riley: "Naast in Bumble & The Beez hebben we ook nog samen bij Hybridz gespeeld. Bumble & The Beez had een beetje een aparte line-up… Mijn drumstel stond vooraan op het podium opgesteld en achter mij stonden dan nog twee gitaristen, een bassist en een violist. Nick is steeds blijven experimenteren met het mixen van verschillende genres en culturele invloeden. Wat mezelf betreft, overdag ben ik prof aan de Westminster University, waar ik aan het hoofd sta van de muziekafdeling. Muziek is nu al zowat veertig jaar een passie die me maar niet loslaat."
Terug naar Dub Colossus dan… Hoe is het idee voor dit project eigenlijk ontstaan?
Nick Page aka. Dubulah: "Het is eigenlijk allemaal begonnen toen ik een nummer had geproduceerd dat gebaseerd was op een aantal samples van de bekende Ethiopische saxofonist Getachew Mekurya. Die samples had ik van één van de talrijke Ethiopiques verzamelaars van Francis Falsetto gehaald. Voor Transglobal Underground deden we eigenlijk heel de tijd niets anders dan knippen, plakken, loops creëren en samples vervormen, om zo uiteindelijk ons eigen ding te creëren. Eigenlijk had dat allemaal met ons beperkte budget te maken. We hadden gewoon geen geld om al die dingen te laten inspelen door echte muzikanten en dankzij een aantal toen nog vrij nieuwe technologische snufjes konden we het dus op deze manier oplossen. Naast Transglobal Underground had je ook nog bands als The Young Dogs, State Of Bengal of Art Of Noize, die min of meer met hetzelfde bezig waren en in de reggae had je dan weer de hele On-U Sound familie. Ik had het ondertussen wel wat gehad met dat hele sample gedoe en dankzij Dan Harper, die voor VSO (Voluntary Service Overseas, een internationale organisatie voor ontwikkelingssamenwerking, opgericht in 1958 onder het motto: "sharing skills, changing lives" en met als doel een wereld zonder armoede, waarin mensen samenwerken om hun ontwikkelingsmogelijkheden te realiseren, red.) in Ethiopië werkte, kreeg ik een uitnodiging om eens naar daar te komen. Hij had me al een sample van Teramage Woretow (vocals, mesenqo, red.) bezorgd en wilde me nu ook aan een hoop andere lokale muzikanten voorstellen. Ik dacht bij mezelf: "Wel, ik heb momenteel geen andere verplichtingen, dus waarom ook niet?". Dat bleek achteraf trouwens een foute inschatting, want mijn vriendin liet me in de steek terwijl ik nog in Ethiopië zat! (lacht) Dan stelde me voor aan een hele hoop interessante muzikanten en die stelden mij weer voor aan hun collega's. Langzaamaan begon ik zo een verhaal te zien. Roots reggae drukt eigenlijk het verlangen van de Afrikaanse diaspora uit om terug te keren naar Afrika en, in het geval van de rastas, naar Ethiopië. Met Dub Colossus wilde ik eigenlijk de omgekeerde reis maken; samenwerken met hedendaagse Ethiopische muzikanten en hen reggae en dub laten interpreteren. Toen ik hen daar voor het eerst over aansprak, reageerden ze nogal lacherig: "Reggae is niet slecht, maar echte muziek is het niet hé!" (lacht), maar toen ik hen uitlegde dat sommige Ethiopische ritmes eigenlijk vrij dicht aanleunen bij reggae en dub, merkte ik dat ik hun aandacht had getrokken. Voor mij was het eigenlijk Ewnetegna Feqer, een nummer van Hirut Beqele uit 1977, dat de klik gegeven had. Maar uiteindelijk draait het bij Dub Colossus niet alleen om de Ethiopische kan; Jamaicaanse reggae en dub spelen een minstens even belangrijke rol, maar daarvoor kan ik dan weer terugvallen op mijn eigen verleden. Ik zat al in een elfkoppige reggaeband toen ik nog op de middelbare school zat — als enige blanke zelfs — en ook Bumble & The Beez kon je klasseren als een reggaeproject. Het album dat voor mij qua reggae alles veranderde — daarvoor vond ik het hele genre eigenlijk maar niks — was 'Live' van Bob Marley & The Wailers uit 1975. Op dit moment vind ik de Abyssinians dan weer geweldig. Maar voor mij moet Dub Colossus ook blijven evolueren… Het heeft totaal geen zin om de zoveelste reggaeband te worden die roots speelt net zoals ze dat in de jaren zeventig van de vorige eeuw al deden. Als muzikanten is het onze taak om te blijven proberen om het bestaande naar een ander niveau te tillen en zo iets totaal nieuws te presenteren."
Was het voor de Ethiopische muzikanten moeilijk om zich aan te passen aan het dub- en reggaeritme?
Nick Page aka. Dubulah: "Sommigen onder hen, zoals Samuel Yirga (piano, red.), waren al vertrouwd met het genre. Ik geloof dat Samuel op vrij vriendschappelijke voet staat met een aantal van de rastas in Ethiopië; hij had in ieder geval veel respect voor hun levensfilosofie. Op het gebruik van cannabis wordt in Ethiopië wel vrij afkeurend gereageerd; een beetje hypocriet als je het mij vraagt, want ze kauwen daar allemaal qat met hopen. Persoonlijk heb ik naar de goede raad van Lee Perry geluisterd en alles de deur uitgegooid! (lacht)"
Financieel gezien was het na een tijdje niet langer doenbaar om nog met het Ethiopische luik van Dub Colossus door te gaan.
Nick Page aka. Dubulah: "Ik had gewoon geen andere keuze! Ik heb nergens spijt van, maar toen Real World zich terugtrok droogde meteen ook de geldstroom op en dat was dat. Het zou kunnen dat ik nog iets met Sintayehu 'Mimi' Zenebe ga doen. Zij woont tegenwoordig in Toronto en heeft nu het Canadese staatsburgerschap, dus dat maakt de dingen een stuk gemakkelijker. Het wordt alsmaar moeilijker om muzikanten uit zogenaamde derdewereldlanden nog naar Europa of de Verenigde Staten te halen. De visa en arbeidskaarten regelen voor de Ethiopische muzikanten duurde een eeuwigheid. En dan heb ik het niet eens over de hele crisis die de muziekindustrie doormaakt! Voor jou en mij is muziek wellicht één van de belangrijkste dingen in ons leven, maar voor veel andere mensen is het gewoon iets dat ze op hun telefoon hebben staan. Nu de jeugd zich massaal op die streamingdiensten gestort heeft, zijn de inkomsten die de artiesten uit hun royalty's haalden gewoon gedecimeerd!"
Betekent dat ook dat je die "Ethiopische" nummers uit de live sets van Dub Colossus hebt geschrapt?
Nick Page aka. Dubulah: "We spelen er nog enkele waarbij we gebruik maken van samples, maar de andere kunnen we gewoon niet spelen zonder de hulp van onze Ethiopische vrienden. Het is vervelend, maar je kunt moeilijk in het Amhaars zingen als je de taal niet machtig bent. Daarnaast zijn we van een tien-, elf- of twaalfkoppig ensemble naar een compacte band met vijf muzikanten geëvolueerd en dan kan je dus moeilijk dezelfde sound verwachten. Het enige wat ik op dit moment kan doen is focussen op de Jamaicaanse kant van Dub Colossus, een sound die ook altijd inherent deel uitmaakte van het hele Dub Colossus project."
Addis To Omega was eigenlijk London meets Kingston. Wat zijn je plannen voor een volgende release?
Nick Page aka. Dubulah: "Als het allemaal volgens plan gaat, zou het volgende album een dubversie moeten worden van Addis To Omega. Op Addis To Omega waren gasten als Natacha Atlas en Albert Kuvezin, een Tuvaanse keelzanger, te horen — in feite niet meer dan een knipoog naar mijn verleden bij Transglobal Underground — en voor het dub- of remixalbum denk ik er dan ook over om nog een aantal vergelijkbare gasten uit te nodigen (Dr Strangedub, Or How I Learned To Stop Worrying And Dub The Bomb verscheen in februari van 2019, red.)."
Vergeleken met muziek uit andere delen van Afrika — ik denk aan Congolese soukous, Nigeriaanse Afrobeat of West-Afrikaanse woestijnblues — heeft het lang geduurd eer ook de Ethiopische muziek in het westen aan populariteit begon te winnen. Enig idee waarom?
Nick Page aka. Dubulah: "Wel, om te beginnen is Ethiopië historisch gezien lange tijd een vrij gesloten natie geweest. Als je de korte Italiaanse bezetting even wegdenkt, werd het land ook nooit gekoloniseerd. Voor Ethiopiërs is de Ethiopische cultuur dan ook het hoogste goed, en zij voelen absoluut niet de behoefte om dat te delen en al zeker niet om vreemde invloeden te importeren. Daarnaast is Ethiopië nog steeds wat men noemt een "ontluikende democratie"; een land dat nog steeds herstelt van het dictatoriale regime van Mengistu Haile Mariam. Het heeft van de Ethiopiërs een volk gemaakt dat steeds op zijn hoede is; een Ethiopiër zal altijd voorzichtig zijn in wat hij zegt en lang vrij formeel blijven een in een vriendschapsrelatie. Een Ethiopische nachtclub bezoeken kan zo bijvoorbeeld een vreemde ervaring opleveren voor ferenji of buitenlanders. In het begin hangt iedereen er wat rond en is er echt niets te beleven, tot dan plots de schouders beginnen te bewegen en enkele seconden later letterlijk iedereen op de dansvloer staat. Zo snel als dat feestje begon, houdt het ook weer op! (lacht) Om op je vraag terug te komen, moest Francis Falsetto niet zoveel tijd en energie in zijn Ethiopiques reeks gestoken hebben, dan hadden we nu waarschijnlijk nog steeds niets van Ethiopische muziek geweten. Francis heeft er zijn levenswerk van gemaakt om de Ethiopische muziek te promoten."
Nick Page aka. Dubulah: "Klopt… Ik denk dat ik ondertussen al zowat dertig jaar bezig ben. Maar als ik terugkijk op die eerste tien jaar, dan blijft Transglobal Underground toch het project dat me nog steeds het nauwste aan het hart ligt. De eerste professionele band waar ik deel van uitmaakte heette Bumble & The Beez, waarin ook Mykaell Riley (vocals & percussie), Winston Blissett (bas), die daarna bij Massive Attack ging spelen, en nog twee andere kerels (Dan Lee - gitaar, Simon Walker - viool & keyboard, red.) actief waren. Ik moet destijds amper 18 jaar oud geweest zijn denk ik."
Mykaell Riley: "Naast in Bumble & The Beez hebben we ook nog samen bij Hybridz gespeeld. Bumble & The Beez had een beetje een aparte line-up… Mijn drumstel stond vooraan op het podium opgesteld en achter mij stonden dan nog twee gitaristen, een bassist en een violist. Nick is steeds blijven experimenteren met het mixen van verschillende genres en culturele invloeden. Wat mezelf betreft, overdag ben ik prof aan de Westminster University, waar ik aan het hoofd sta van de muziekafdeling. Muziek is nu al zowat veertig jaar een passie die me maar niet loslaat."
Terug naar Dub Colossus dan… Hoe is het idee voor dit project eigenlijk ontstaan?
Nick Page aka. Dubulah: "Het is eigenlijk allemaal begonnen toen ik een nummer had geproduceerd dat gebaseerd was op een aantal samples van de bekende Ethiopische saxofonist Getachew Mekurya. Die samples had ik van één van de talrijke Ethiopiques verzamelaars van Francis Falsetto gehaald. Voor Transglobal Underground deden we eigenlijk heel de tijd niets anders dan knippen, plakken, loops creëren en samples vervormen, om zo uiteindelijk ons eigen ding te creëren. Eigenlijk had dat allemaal met ons beperkte budget te maken. We hadden gewoon geen geld om al die dingen te laten inspelen door echte muzikanten en dankzij een aantal toen nog vrij nieuwe technologische snufjes konden we het dus op deze manier oplossen. Naast Transglobal Underground had je ook nog bands als The Young Dogs, State Of Bengal of Art Of Noize, die min of meer met hetzelfde bezig waren en in de reggae had je dan weer de hele On-U Sound familie. Ik had het ondertussen wel wat gehad met dat hele sample gedoe en dankzij Dan Harper, die voor VSO (Voluntary Service Overseas, een internationale organisatie voor ontwikkelingssamenwerking, opgericht in 1958 onder het motto: "sharing skills, changing lives" en met als doel een wereld zonder armoede, waarin mensen samenwerken om hun ontwikkelingsmogelijkheden te realiseren, red.) in Ethiopië werkte, kreeg ik een uitnodiging om eens naar daar te komen. Hij had me al een sample van Teramage Woretow (vocals, mesenqo, red.) bezorgd en wilde me nu ook aan een hoop andere lokale muzikanten voorstellen. Ik dacht bij mezelf: "Wel, ik heb momenteel geen andere verplichtingen, dus waarom ook niet?". Dat bleek achteraf trouwens een foute inschatting, want mijn vriendin liet me in de steek terwijl ik nog in Ethiopië zat! (lacht) Dan stelde me voor aan een hele hoop interessante muzikanten en die stelden mij weer voor aan hun collega's. Langzaamaan begon ik zo een verhaal te zien. Roots reggae drukt eigenlijk het verlangen van de Afrikaanse diaspora uit om terug te keren naar Afrika en, in het geval van de rastas, naar Ethiopië. Met Dub Colossus wilde ik eigenlijk de omgekeerde reis maken; samenwerken met hedendaagse Ethiopische muzikanten en hen reggae en dub laten interpreteren. Toen ik hen daar voor het eerst over aansprak, reageerden ze nogal lacherig: "Reggae is niet slecht, maar echte muziek is het niet hé!" (lacht), maar toen ik hen uitlegde dat sommige Ethiopische ritmes eigenlijk vrij dicht aanleunen bij reggae en dub, merkte ik dat ik hun aandacht had getrokken. Voor mij was het eigenlijk Ewnetegna Feqer, een nummer van Hirut Beqele uit 1977, dat de klik gegeven had. Maar uiteindelijk draait het bij Dub Colossus niet alleen om de Ethiopische kan; Jamaicaanse reggae en dub spelen een minstens even belangrijke rol, maar daarvoor kan ik dan weer terugvallen op mijn eigen verleden. Ik zat al in een elfkoppige reggaeband toen ik nog op de middelbare school zat — als enige blanke zelfs — en ook Bumble & The Beez kon je klasseren als een reggaeproject. Het album dat voor mij qua reggae alles veranderde — daarvoor vond ik het hele genre eigenlijk maar niks — was 'Live' van Bob Marley & The Wailers uit 1975. Op dit moment vind ik de Abyssinians dan weer geweldig. Maar voor mij moet Dub Colossus ook blijven evolueren… Het heeft totaal geen zin om de zoveelste reggaeband te worden die roots speelt net zoals ze dat in de jaren zeventig van de vorige eeuw al deden. Als muzikanten is het onze taak om te blijven proberen om het bestaande naar een ander niveau te tillen en zo iets totaal nieuws te presenteren."
Was het voor de Ethiopische muzikanten moeilijk om zich aan te passen aan het dub- en reggaeritme?
Nick Page aka. Dubulah: "Sommigen onder hen, zoals Samuel Yirga (piano, red.), waren al vertrouwd met het genre. Ik geloof dat Samuel op vrij vriendschappelijke voet staat met een aantal van de rastas in Ethiopië; hij had in ieder geval veel respect voor hun levensfilosofie. Op het gebruik van cannabis wordt in Ethiopië wel vrij afkeurend gereageerd; een beetje hypocriet als je het mij vraagt, want ze kauwen daar allemaal qat met hopen. Persoonlijk heb ik naar de goede raad van Lee Perry geluisterd en alles de deur uitgegooid! (lacht)"
Financieel gezien was het na een tijdje niet langer doenbaar om nog met het Ethiopische luik van Dub Colossus door te gaan.
Nick Page aka. Dubulah: "Ik had gewoon geen andere keuze! Ik heb nergens spijt van, maar toen Real World zich terugtrok droogde meteen ook de geldstroom op en dat was dat. Het zou kunnen dat ik nog iets met Sintayehu 'Mimi' Zenebe ga doen. Zij woont tegenwoordig in Toronto en heeft nu het Canadese staatsburgerschap, dus dat maakt de dingen een stuk gemakkelijker. Het wordt alsmaar moeilijker om muzikanten uit zogenaamde derdewereldlanden nog naar Europa of de Verenigde Staten te halen. De visa en arbeidskaarten regelen voor de Ethiopische muzikanten duurde een eeuwigheid. En dan heb ik het niet eens over de hele crisis die de muziekindustrie doormaakt! Voor jou en mij is muziek wellicht één van de belangrijkste dingen in ons leven, maar voor veel andere mensen is het gewoon iets dat ze op hun telefoon hebben staan. Nu de jeugd zich massaal op die streamingdiensten gestort heeft, zijn de inkomsten die de artiesten uit hun royalty's haalden gewoon gedecimeerd!"
Betekent dat ook dat je die "Ethiopische" nummers uit de live sets van Dub Colossus hebt geschrapt?
Nick Page aka. Dubulah: "We spelen er nog enkele waarbij we gebruik maken van samples, maar de andere kunnen we gewoon niet spelen zonder de hulp van onze Ethiopische vrienden. Het is vervelend, maar je kunt moeilijk in het Amhaars zingen als je de taal niet machtig bent. Daarnaast zijn we van een tien-, elf- of twaalfkoppig ensemble naar een compacte band met vijf muzikanten geëvolueerd en dan kan je dus moeilijk dezelfde sound verwachten. Het enige wat ik op dit moment kan doen is focussen op de Jamaicaanse kant van Dub Colossus, een sound die ook altijd inherent deel uitmaakte van het hele Dub Colossus project."
Addis To Omega was eigenlijk London meets Kingston. Wat zijn je plannen voor een volgende release?
Nick Page aka. Dubulah: "Als het allemaal volgens plan gaat, zou het volgende album een dubversie moeten worden van Addis To Omega. Op Addis To Omega waren gasten als Natacha Atlas en Albert Kuvezin, een Tuvaanse keelzanger, te horen — in feite niet meer dan een knipoog naar mijn verleden bij Transglobal Underground — en voor het dub- of remixalbum denk ik er dan ook over om nog een aantal vergelijkbare gasten uit te nodigen (Dr Strangedub, Or How I Learned To Stop Worrying And Dub The Bomb verscheen in februari van 2019, red.)."
Vergeleken met muziek uit andere delen van Afrika — ik denk aan Congolese soukous, Nigeriaanse Afrobeat of West-Afrikaanse woestijnblues — heeft het lang geduurd eer ook de Ethiopische muziek in het westen aan populariteit begon te winnen. Enig idee waarom?
Nick Page aka. Dubulah: "Wel, om te beginnen is Ethiopië historisch gezien lange tijd een vrij gesloten natie geweest. Als je de korte Italiaanse bezetting even wegdenkt, werd het land ook nooit gekoloniseerd. Voor Ethiopiërs is de Ethiopische cultuur dan ook het hoogste goed, en zij voelen absoluut niet de behoefte om dat te delen en al zeker niet om vreemde invloeden te importeren. Daarnaast is Ethiopië nog steeds wat men noemt een "ontluikende democratie"; een land dat nog steeds herstelt van het dictatoriale regime van Mengistu Haile Mariam. Het heeft van de Ethiopiërs een volk gemaakt dat steeds op zijn hoede is; een Ethiopiër zal altijd voorzichtig zijn in wat hij zegt en lang vrij formeel blijven een in een vriendschapsrelatie. Een Ethiopische nachtclub bezoeken kan zo bijvoorbeeld een vreemde ervaring opleveren voor ferenji of buitenlanders. In het begin hangt iedereen er wat rond en is er echt niets te beleven, tot dan plots de schouders beginnen te bewegen en enkele seconden later letterlijk iedereen op de dansvloer staat. Zo snel als dat feestje begon, houdt het ook weer op! (lacht) Om op je vraag terug te komen, moest Francis Falsetto niet zoveel tijd en energie in zijn Ethiopiques reeks gestoken hebben, dan hadden we nu waarschijnlijk nog steeds niets van Ethiopische muziek geweten. Francis heeft er zijn levenswerk van gemaakt om de Ethiopische muziek te promoten."