Cimarrón - Orinoco + La Recia

CimarrónNa al die jaren komt het niet vaak meer voor, maar zo heel af en toe maken ook wij nog kennis met muziekgenres uit verre oorden waar we voorheen niet mee vertrouwd waren. Dat is zeker het geval voor de Colombiaanse joropo van Cimarrón, een gezelschap uit Bogota (en niet te verwarren met de Brits-Jamaicaanse reggaeformatie The Cimarons, al verwijzen beide bandnamen naar de Spaanse benaming voor ontsnapte slaven).

Het snelle joropo-genre, dat door Cimarrón naar de eenentwintigste eeuw werd gekatapulteerd en vooral populariteit geniet in het naburige Venezuela, waar de klassieker Alma Llanera zowat beschouwd wordt als het onofficiële volkslied van het land, riep bij ondergetekende meteen associaties op met de son jarocho uit Veracruz in Mexico. Dat moet deels op conto geschreven worden van het gebruikte instrumentarium, want net als bij de son jarocho, speelt de harp ook hier een centrale rol, en waar in de son jarocho gitaar-achtigen als de achtsnarige jarana jarocha en de vier- of vijfsnarige requinto jarocho gebruikt worden, zijn dat in de joropo de viersnarige cuatro en bandola (een Colombiaans en Venezolaans snaarinstrument gebaseerd op de Spaanse luit). Dat gezegd zijn, zijn ook vergelijkingen met fandango zeker niet uit de lucht gegrepen.

Cimarrón werd rond de eeuwwisseling opgericht door harpist Carlos 'Cuco' Rojas en vocaliste Ana Veydo. Joropo werd traditioneel gespeeld door de "llaneros", de cowboys (een etnisch diverse mix van Arawak-indianen, Andalusiërs, Canarios en Afrikaanse slaven) uit het westen van Venezuela en het oosten van Colombia, vooral actief in de graslanden tussen de Andes en de Orinoco-delta (Orinoco, het laatste album van de band voor de dood van Rojas, die in januari van 2020 overleed ten gevolge van hartfalen, is een ode aan die streek). Een frontvrouw voor een joropo-project baarde meteen ophef want zoals Ana het zelf samenvat: "When I started singing there were no women in the spaces where joropo was performed, because it is a place that was born in the cattle-breeding endeavor led by men!"

Hoewel Cimarrón aanvankelijk van plan was hun geplande Orinoco World Tour gewoon te laten doorgaan als eerbetoon voor Rojas, stak de COVID-19 pandemie daar alsnog een stokje voor.

CimarrónEn nu is er dus La Recia, Spaans voor "de krachtige" en verwijzend naar de kracht van de llanera-vrouwen en een muzikale synthese van wat folklore voor Cimarrón betekent, of zoals Ana het samenvat: "'La Recia' is a product full of reflections and questions about what folklore is today. It is also a critique of commercial folklore, where we seek to delve into traditions, into what is typical and talk about what is not commonly told. Folklore is not only happiness, the folklore of joropo has also been built on pain, on the mestizo and what we are!"

Op het album zijn naast traditionele joropo als El Gavilan of Agüita Fresca, ook invloeden uit het Amazonegebied van Colombia (opener Velorio) of zelfs naar de jazz-swing van Django Reinhardt neigende composities als Cimmarroneando of afsluiter Parranda Quitapesares Con Zapateo te horen. En met Cuco En El Arpa brengt de band tenslotte een wondermooi eerbetoon aan hun betreurde harpist en bandleider Carlos 'Cuco' Rojas (die nog te horen is in dit nummer en in Agüita Fresca).

Interessante kennismaking met dit eigenzinnige Colombiaanse ensemble en hun vernieuwende kijk op het joropo-genre.



www.xmd.nl

reacties


Reactie
Je kan gebruik maken van Emoticons en Textile-opmaak.
Naam E-mail (wordt niet gepubliceerd) Website (optioneel)
spamquiz: Wat zijn de eerste twee letters van tropicalidad.be?