Muziek in de Zuidamerikaanse straten
Terwijl Chloé en Pieter het Belgische (en omstreken) wereldmuziek- festivallandschap afschuimen, probeer ik als vliegende reporter een vinger aan de pols te houden aan de bron. Dat gebeurt op dit moment in Cuenca, volgende week in Quito, en daarna ook nog even met een ommetje langs Cali. En het is wel zo dat de bekendste muzikanten nu hun boterham aan het verdienen zijn op europese festivals, achter hun rug wordt hun artistiek talent naarstig de wereld ingestuurd. Niet door zomerse festivals, maar door dumping van honderdduizenden CD-kopies in de straten van elk zichzelf respecterende Zuidamerikaanse stad. Een dollar per stuk, geef toe, the sky is the limit, of misschien eerder het maximumgewicht voor het vliegtuig.Deze winkeltjes, dikwijls niet meer dan een steegje naar een binnenkoer van een vervallen patio met waslijnen, zijn een perfecte weergave van de muzieksmaak van Rolando-met-de-pet. De logistiek van de onderneming heeft een beetje te lijden onder gebrekkig internet, vergeten camera-kabeltjes en het feit dat de bootleggers massaal Hollywood ontdekt hebben, waardoor de commercieelst ingestelde zielen gretig overschakelden naar DVD's (1.5$ per stuk, ook weer best democratisch). Het beeldmateriaal komt dus nog (of doe je tegoed aan de vorige aflevering), maar hier alvast een kleine tip van de sluier. De meest opvallende afwezige is de reggaeton. Het moet gezegd, de king of kings heeft ook hier zijn plaatsje veroverd, maar zijn glorie is aan het tanen, en hij heeft de ereplaats in de vitrine toch weer moeten afstaan aan sentimentele baladas, salsa en merengue (forever...), cumbias (en uiteraard niet te vergeten, de technovariant), bachatas, vallenato, en hier en daar een meer gedurfde variant, zoals de discotech of de rock pesado van Genitallica. Ik vrees dat die laatsten het Couleur Café podium toch niet gaan halen...