door
tim | 31 mei 2018 |
Plaatjes |
Na
Far From Home, haar door Ivan Duran van
Stonetree Records en
Kobo Town-frontman Drew Gonsalves geproduceerde "comeback album" uit 2016, is Calypso Rose, de grande dame van de calypso terug met deze
So Calypso!. Voor dit album maakte de zangeres een selectie uit eigen nummers die haar sound hielpen definiëren en covers van het werk van artiesten die haar gedurende haar carrière bleven inspireren. In die laatste categorie onder andere
Calypso Blues', een nummer van
Nat King Cole uit 1949, waarin hij de Amerikaanse idealen aan flarden scheurde door papaja-sap en garnalen te verkiezen boven hotdogs en rijst, en de deugden van Trinidadiaanse vrouwen te prijzen boven die van ijzige blondines, klassieker
Underneath The Mango Tree, origineel van
Monty Norman en te horen in de soundtrack van
Dr. No, de allereerste Bond-film uit 1962,
Rum & Coca Cola, origineel van
Lord Invador, maar in 1945 tot wereldhit gebombardeerd door de
Andrew Sisters, waarin het geflirt tussen de lokale Trinidadiaanse schonen en de Amerikaanse militairen, die er tijdens de Tweede Wereldoorlog gelegerd waren, centraal staat.
I Say A Little Prayer, een soulklassieker van Aretha Franklin is wellicht een verrassendere keuze, maar Calypso Rose geeft haar eigen Caribische draai aan het nummer.
Rivers Of Babylon is tenslotte een cover van de reggaeklassieker van
The Melodians, maar is verre van de enige knipoog naar het genre op
So Calypso!, want ook het al vermelde
Calypso Blues kreeg een leuk reggaetintje en met nummers als
Back To Africa en de ska van
Israel By Bus lijkt de zangeres dan weer te knipogen naar de uit Jamaica overgewaaide Rasta-ideologie.
Lees verder
door
tim | 27 mei 2018 |
Plaatjes |
Met deze
Né La Thiass ("weg in een flits") zorgt
World Circuit Records voor de heruitgave van het uit 1995 daterende door
Youssou N'Dour geproduceerde internationale langspelerdebuut van
Cheikh Lô. Het album verscheen in 1996 al een eerste keer in op het label, maar voor deze heruitgave werden de originele mixen, die tot nu toe enkel op in Senegal verkochte cassettes te vinden waren, minutieus geremasterd en ook de originele hoesafbeelding gebruikt.
Né La Thiass zorgde voor de doorbraak van Lô, die met zijn mix van
mbalax-ritmes als dagan en thieboudienne met Latin-invloeden voor een frisse wind zorgde in het Senegalese muzieklandschap. Lô werd geboren in
Bobo-Dioulasso, een stad in het westen van Burkina Faso, leerde zichzelf drums en gitaar spelen en trok in 1978 naar de Senegalese hoofdstad in de hoop daar een muzikale carrière te kunnen opbouwen. Hij speelt er een tijdje samen met Ousmane 'Ouza' Diallo, entertaint toeristen in het
Savana Hotel en vergezelt in 1984 zelfs
Papa Wemba naar Frankrijk, waar hij als sessiemuzikant voor de Congolese superster aan de slag gaat. Zijn ervaringen in Parijs, waar hij enkel de binnenkant van de studio en zijn bed te zien krijgt, verwerkt Cheikh Lô in
Doxandeme, een nummer uit 1990 over het leven van Afrikaanse migranten in Europa dat hem in thuisland Senegal meteen een award voor meest veelbelovend nieuw muziektalent oplevert. Lô besluit gebruik te maken van het momentum en neemt een eerste cassette-album
Dieuf Dieuf op. Tevergeefs, zo blijkt, want de cassette komt nooit op de markt. Maar na een hiatus van vier jaar is er dan eindelijk deze
Né La Thias.
Lees verder
door
tim | 27 mei 2018 |
Plaatjes |
Maar liefst vier jaar werkte de Ivoriaanse
Dobet Gnahoré aan haar nieuwe album
Miziki ("muziek"). Het betekende meteen ook haar afscheid bij
Contre Jour, het Belgische label dat tot nu toe haar thuishaven was. Dobet is gek van Afrikaanse artiesten als
Yemi Alade,
Miriam Makeba of
Brenda Fassie, maar kan net zoveel enthousiasme opbrengen voor de westerse sound van
Björk of
Christine and the Queens. Om die dualiteit weerspiegeld te zien op
Miziki werkte Gnahoré voor dit album samen met de Franse producer
Nicolas Repac, die in het verleden ook al het repertoire van de Malinese
Mamani Keita onder handen nam. Waren Dobet's vorige albums nog een vocaal lappendeken van talen als Maninka, Dida, Haïtiaans Creools, Lingala en Bete, dan focuste ze zich voor
Miziki vooral op haar moedertaal het
Bete, hier en daar aangevuld met een flard Frans en Engels (
Éducation).
Lees verder
door
tim | 18 mei 2018 |
Plaatjes |
Vijf jaar naar hun eerste samenwerking voor
Clychau Dibon, doken de Welshe harpiste
Catrin Finch en de Senegalese koraspeler
Seckou Keita opnieuw de studio in voor
Soar. De titel van dit nieuwe album laat zich vertalen als "zweven" en verwijst naar de majestueuze
visarend die na eeuwen afwezigheid recent opnieuw gespot werd in Wales, waar ze jaarlijks komen broeden na een tocht van duizenden kilometers die begint in West-Afrika. Ook opener
Clarach verwijst naar de vogelsoort, want is de naam van de eerste visarend die opnieuw haar eieren kwam leggen in het
Cors Dyfi Nature Reserve bij
Machynlleth in Wales. "I like the bird's freedom to migrate to different places," zegt Seckou: "…they soar their way, and nothing stops them, but they know where they're heading, where they'll find peace and be happy. I've been on the same journey, but in a different way.".
Lees verder
door
tim | 14 mei 2018 |
Plaatjes |
Wij zijn verre van flamenco-experten en het Spaanse muziek- en dansgenre trekt meestal ook een heel eigen publiek aan, maar voor deze
Mas De Ti, het debuutalbum van het vijfkoppige vrouwenensemble
Maruja Limon (de term maruja laat zich vertalen als "roddeltante") wilden we graag een uitzondering maken. De dames mengen
buleria, de meest feestelijke van alle flamencostijlen, met singer-songwriter pop en invloeden uit Latijns-Amerikaanse genres als bossa nova (
Soledad), rumba en son (in 'La Piel' meenden wij echo's te herkennen van Buena Vista Social Club's
Chan Chan). In de nummers op
Mas De Ti bezingen ze trieste en vrolijke anekdotes uit hun eigen levens, hun twijfels en zekerheden (uitzondering in de tracklist is
Adoro een cover van één van de grootste hits van de Mexicaanse componist, pianist, zanger en levende Latijns-Amerikaanse muzieklegende
Armando Manzanero Canché, waarin Maruja Limon buleria laat botsen met de klassieke klanken van de cello van Ester Puig). Extra bonus is het mooie samenspel van de stemmen van zangeressen Esther Gonzalez en Sheila Mesas. Voor het ontwerp van
Mas De Ti werkte Maruja Limon samen met fotografe Blanca Pia, die bij elk nummer een passende foto verzon (terug te vinden als postkaartjes met op de achterzijde een deel van de tekst van het betreffende nummer). Perfecte soundtrack voor wie deze zomer naar het
Iberisch Schiereiland trekt!
Lees verder
door
tim | 14 mei 2018 |
Plaatjes |
Nooit gedacht dat we de Belgische-Portugese
Lio nog eens op deze pagina's zouden tegenkomen. Lio, geboren als Vanda Maria Ribeiro Furtado Tavares de Vasconselos, werd in 1979, toen amper zestien jaar oud, een instant-popster in België en Frankrijk toen haar debuutsingle
Le Banana Split het tot in de hoogste regionen van de hitlijsten schopte. Voor deze
Lio Canta Caymmi liet de Brusselse singer-songwriter Jacques Duvall, al jarenlang Lio's rechterhand, de zangeres kennismaken met het romantische repertoire van
Dorival Caymmi, een wat vergeten Braziliaanse singer-songwriter uit Bahia die zijn hoogdagen beleefde in de jaren dertig van de vorige eeuw en door grote Braziliaanse sterren als Joao Gilberto, Gilberto Gil en Caetano Veloso op handen gedragen werd. Lio mag dan van Portugese komaf zijn, toch is dit het eerste album waarop de zangeres in haar moedertaal te horen is. Om het geheel toch enigszins verteerbaar te houden voor Lio's voornamelijk Franstalige fans, voegde Jacques Duvall een vers in het Frans toe aan elk nummer. Omdat ze allebei fans van zijn werk waren, deden Lio en Jacques voor de hoesillustratie van het album een beroep op de Franse striptekenaar
Loustal. Klasse-album dat de carriere van Lio wel eens een heel nieuwe wending zou kunnen geven.
Lees verder
door
tim | 14 mei 2018 |
Plaatjes |
Als telg uit een multiculturele familie - Beninse vader, Burkinese moeder en Ghanese grootmoeder - mixt de Beninse zanger en bassist
Patrick Ruffino (eveneens artistiek leider van het
Les Amazones d'Afrique project) de muzikale tradities en talen (
Dendi,
Fon,
Mina, Goun en Frans) uit zijn thuisland, met invloeden uit jazz, soul, Afro-Cubaanse ritmes en vooral een stevige dosis funk. Het resultaat is
Agoo ("Laat mij door a.u.b.!"), een schijfje vol vintage klinkende funkrock en Afro-groove, waarmee hij tegelijk een ode aan de
vodoun-tradities uit zijn thuisland Benin brengt. Speciale gast is vocalist/percussionist Sagbohan Danialou, een Beninse veteraan die er bekendstaat als één van de belangrijkste lokale muzikanten en Patrick's mentor en muzikale bron van inspiratie is. Soms doen de nummers op 'Agoo' denken aan de vodoun-funk van
Le Tout-Puissant Orchestre Poly-Rythmo (
Adjo Da To, een nummer in het Mina en Frans dat zich laat vertalen als "leugenaar", en het extreem dansbare
Mi Djou Ba, Fon voor "respect" waarin de
tambin of Fula fluit van Dramane Dembele een belangrijke rol kreeg toebedeeld, of nog afsluiter
Se Ma Lon, alweer Fon voor "onze ster waakt over ons"), elders weer even aan Orchestra Baobab (
Adjobe), op andere momenten dan weer aan Congolese rumba (
Lonlon, Mina voor "de liefde") en in
Fou De Toi zijn dan weer duidelijke rockinvloeden te horen. Uiterst geslaagde Afro-groove album dat zeker een plaatsje zal veroveren in ons eindejaarslijstje!
Lees verder
door
tim | 14 mei 2018 |
Plaatjes |
Het levensverhaal van Kiala Nzavotunga leest als een avonturenroman. De man groeide op in het Kinshasa van
Mobutu. Hoewel zijn vader accordeonist was, voelde Kiala meer voor de likembe en de gitaar. Na een periode bij lokale coverbands, kwam hij terecht in de backing band van
Joseph 'Le Grand Kallé' Kabasele, algemeen beschouwd als de vader van de moderne Congolese muziek. Maar het repressieve bewind van Mobutu legt muzikanten steeds meer limieten op en dus besluit Kiala begin jaren zeventig van de vorige eeuw zijn thuisland te verlaten. Na wat omzwervingen in Afrika, komt hij uiteindelijk platzak in Nigeria terecht. Vastbesloten om zijn idool Fela Kuti te ontmoeten, verkoopt Kiala zelfs zijn schoenen om Lagos te bereiken. Hij slaagt in zijn missie en weet Fela zelfs 50 niara te ontfutselen, een klein fortuin in die tijd. Kiala zal de volgende jaren doorbrengen bij Nigeriaanse Afro-rock bands als Eyes Of Man, Aktion Funk Ensemble, Black Children en The Stompers, om uiteindelijk Fela's Egypt 80 te vervoegen in 1981.
Lees verder
door
tim | 12 mei 2018 |
Plaatjes |
Het
Groothertogdom Luxemburg zal vast enkele associaties oproepen (bankieren, goedkoop tanken…), maar de
timba, het Cubaanse antwoord op de
Nuyorican salsa, zal daar waarschijnlijk niet bij zijn. Toch is het de thuishaven van vermaard congaspeler
Eric 'Choco' Durrer, die met
Choco Y Sus Complices aan een nieuw hoofdstuk in zijn muzikale carrière begint. De bijnaam Choco houdt Durrer trouwens nog over van zijn vorige project: Eric Y Su Chocolate. Voor dit project stelde Eric een achttienkoppige band samen en baseerde zich daarbij op de line-up van traditionele
charanga-orkesten - viool, cello en fluit - aangevuld met een aantal uitstekende vocalisten (Alberto Caicedo,
Tomas Sotolongo Fuentes,
Yumarya Grijt,
Daniel Lopez Montejo, Lodewijk van Gorp en Durrer zelf), een vier man sterke blazerssectie, een hoop percussionisten en een drummer. In de tracklist10 eigen composities en een opvallende en geslaagde timba-herwerking van George Michael's
Freedom! '90. Eric beschouwt zijn twee dochtertjes als zijn muzikale muzen en Nahima en Maya kregen dan ook een prominente plek op de hoes van
Buscando La Calma, uitgedost als engeltje en duiveltje. En schud die beentjes nu maar eens goed los. Uitstekende Europese Latin-release!
www.xmd.nl
door
tim | 6 mei 2018 |
Plaatjes |
Tot onze eigen verbazing hebben was de muzikale output van het Gentse mestizo-collectief
Cafe con Leche ons eigenlijk wat ontgaan. Nochtans is dit elfkoppige gezelschap al sinds 2005 actief, en met deze
L'avenir Est À Nous is de band dan ook al aan zijn derde langspeler toe. Cafe con Leche slaagt er wonderwel in om serieuze onderwerpen te overgieten met een feestelijk dansbare mix van reggae, cumbia, swing en Balkan-invloeden, waarbij vocalisten Gudrun Roos, Nephtali en Mr. Mariachi resoluut voor het Frans als voertaal kiezen (uitzonderingen in de tracklist zijn
Danse, en afsluiter
Treize Ans, een nummer waarvoor de band zijn inspiratie putte uit de verhalen van legendarische minderjarige muziekgroupies als Josette Caruso, Lori Maddox en
Sable Starr, waarin je Nephtali even in het Aalters kunt horen rappen, een erfenis van zijn tijd bij de Aalterse hip-hopband
De Predikanten). Als lichtend voorbeeld noemt Cafe con Leche onder andere
Les Négresses Vertes en op
L'avenir Est À Nous wordt dat nergens meer duidelijk dan in
Richard, over de kruisende paden van een clochard en een zakenman, met als onderliggende boodschap: "Geld maakt niet gelukkig!", en
La Vallée. Titelnummer
L'avenir Est À Moi is een duidelijk aanklacht tegen de kerktorenmentaliteit van veel Vlamingen en de onderhuidse xenofobie die daar vaak mee gepaard gaat: "Refugiés, je m'excuse, l'étranger me fait peur. La vie sous la tour de l'église j'aime trop car l'étranger me fait peur.".
Jamais Content ligt in dezelfde lijn en klaagt het typisch westerse individualisme aan, en
Révolution is dan weer een schreeuw om vrijheid en gelijkheid. Maar dat het ook lichtzinniger kan bewijst Cafe con Leche met nummers als
Dans La Ville, een ode aan het bruisende leven in de stad,
Danse of
Près De Toi. Zomers dansbare mestizo met een boodschap!
Lees verder
door
tim | 5 mei 2018 |
Plaatjes |
Acht jaar na hun laatste release, het uit 2011 daterende
Meyhane - Kafe Aman, is het Griekse
Loxandra Ensemble terug met deze
In Transition. De naam van de band is een verwijzing naar het hoofdpersonage uit de gelijknamige roman van Maaria Iordanidou uit 1962. Net zoals Loxandra in het boek geroemd wordt om haar kookkunsten, verzamelen de leden van Loxandra Ensemble een verscheidenheid aan "muzikale ingrediënten" om ze om te vormen tot unieke "gerechten". De titel van dit nieuwe album vat dan weer de recente veranderingen samen die de band onderging, en dat zowel stilistisch als wat de line-up van het ensemble betreft. De mengeling van traditionele Griekse folklore, moderne Griekse muziek en de tradities van de Turkse Grieken in Smyrna/Izmir en Istanboel wordt op
In Transition ook nog aangevuld met invloeden uit swing (
Karagouna), jazz, Latin ('Balkan Salsa') en zelfs reggae. En in de line-up zijn de enige overgebleven oorspronkelijke leden Loukas Metaxas - bas/vocals en Kyriakos Tapakis - oed.
In Transition opent met een update van
Ti Se Mellei Esenane, een traditional uit Klein-Azië die er in de jaren twintig van de vorige eeuw vaak werd gezongen in de zogenaamde kafe amans (café chantants in het Ottomaanse rijk waar mensen van alle etnische en geloofsachtergronden samenkwamen om zich te amuseren) door artiesten als
Kostas Karipis, Giorgos Vidalis, Madam Pipina en
Marika Papagika.
Kai Ti Den Kano is dan weer een bekende Griekse popsong van
Stratos Dionysiou uit de jaren zestig van de vorige eeuw, door Loxandra Ensemble in de
Turkse arabesk stijl gespeeld.
Çoban Saz Semaisi is dan weer gebaseerd op de
samâi, een instrumentale vorm van Ottomaanse klassieke muziek. In
Mikropolis, een muzikale reflectie van de microkosmos waarin de muzikanten van Loxandra Ensemble werken, botsen de tradities uit het Midden-Oosten dan weer met Westerse metal. Onze persoonlijke favoriet uit de tracklist is echter
Giati Thes Na Fygeis, voor het eerst vereeuwigd door
Giota Lydia in 1961 en uitgegroeid tot een populair nummer op Griekse trouwfeesten, dat door Loxandra Ensemble voor de gelegenheid een reggaejasje wordt aangemeten. Uitstekende Griekse wereldmuziek in de letterlijke zin van het woord!
Lees verder
door
tim | 5 mei 2018 |
Plaatjes |
Diogal is een naar Frankrijk uitgeweken Senegalese singer-songwriter en geluidstechnicus die zijn teksten in het Wolof brengt over een mix van ritmes uit zijn thuisland (de djembé en talking drum in
Nopp) en westerse singer-songwriter pop, nu-folk en klassieke muziek (opener
Retiou en
Wote, waarin de cello van Chris White een prominente rol kreeg toebedeeld, doen denken aan
de samenwerkingen van Ballaké Sissoko en Vincent Segal). Met deze
Roadside wilde Diogal zijn meevoelen uitdrukken met: "…the many people left by the roadside. Wars, poverty and exclusion… between peoples, but also within the same society, or in the same family, injustice is often the fruit of individualism. We tend to always want more and stay insatiable. Humanity and the entire planet suffer. Let us rediscover the human values of benevolence, mutual help, sharing and cooperation. Let us learn to live together, take care of one another and open our eyes to all the positive things that life on Earth offers us.". De inhoud van de nummers op
Roadside reflecteert diezelfde boodschap. Zo roept Diogal in
Fiire op om niet jaloers te zijn op het bezit van anderen, en in het verlengde van dat nummer ligt dan weer
Yene, waarin hij ons aanspoort om anderen steeds het beste toe te wensen.
Fale gaat dan weer over zelf actief meewerken aan een betere wereld, om uiteindelijk, zoals in
Wote, in harmonie met elkaar samen te kunnen leven. De enige uitzondering in de tracklist is afsluiter
Hommage À Ali Farka Touré, een eerbetoon aan de grootmeester van de woestijnblues. De intieme nummers op 'Roadside' klinken haast als een klaterend beekje en maken van dit album de perfecte soundtrack voor een zonnige zondagochtend.
www.diogal.fr |
www.budamusique.com |
www.xmd.nl
door
tim | 1 mei 2018 |
Interviews |
Het Mexicaanse
Sonido Gallo Negro leverde met
Mambo Cosmico alweer een uiterst intrigerend trippy album af. Wij spraken de heren bij
hun doortocht in De Casino in Sint-Niklaas.
Lees verder